Een speciaal tunnelvoertuig reed vanaf het eerste station in Noord richting het Rokin. Hoewel de metro straks met gemiddeld zo’n 80 kilometer per uur de stad doorkruist, ging het dit keer nog in een boemelgangetje. Met hier en daar wat obstakels op de route, aangezien er nog volop in de tunnel wordt gewerkt.

Toch was het ritje een bijzonder moment, zo ervoer manager uitvoering Arie Houweling. Hij werkt voor de combinatie VIA NoordZuidlijn die de afbouw van de metrolijn voor zijn rekening neemt. Het tweede deel van het spoor is volgens hem volgend voorjaar klaar. Maar voordat de metro kan gaan testrijden, is het wel 2016. Tot die tijd gebruiken de bouwers het spoor om de stations ondergronds te bevoorraden. En voor nu is de fiets nog een veelgebruikt vervoersmiddel om de flinke afstanden onder de grond af te leggen.

De sporen moeten eerst zijn voorzien van elektriciteit voordat de metrostellen erop kunnen. Zover is de aanleg nu nog niet. Hoewel de planning volgens Houweling altijd onder druk staat, ligt de klus redelijk op schema. Het is volgens hem nog wel een uitdaging om alle technische systemen samen werkend te krijgen. „Het zijn zeven stations met een horizontale infrastructuur. Dat moet allemaal in elkaar passen en in elkaar overgaan op een traject van 9 kilometer.”