Het valt de instelling niet aan te rekenen dat de jongen daar onterecht jarenlang gezeten heeft en er hoeft geen schadevergoeding aan hem betaald te worden, oordeelde de rechter.

Cavdar gaat tegen deze uitspraak in hoger beroep, laat zijn advocaat Richard Korver woensdag weten. „Remzi heeft het gevoel dat er tijdens zijn jeugd niet goed naar hem en zijn situatie is gekeken”, aldus Korver in een schriftelijke toelichting. „Hij wil op dit moment bekomen van het oordeel en met deskundigen spreken over het hoger beroep.”

Als 4-jarige peuter, in 1997, werd Cavdar uit huis geplaatst. Zijn moeder had zware psychische problemen en verwaarloosde haar zoontje, zijn vader zat in Portugal in de gevangenis. De jongen had een grote ontwikkelingsachterstand, hij kon niet rechtop staan en niet lopen.

De jaren daarna heeft Cavdar in veel verschillende instellingen en op meerdere opvangadressen gewoond. Iedere keer voor jongeren met een verstandelijke beperking of handicap, hoewel uit een IQ-test in 2005 bleek dat hij een IQ had van 108. Cavdar bleef echter verbaal en emotioneel achter bij het gemiddelde, waardoor hij toch weer in instellingen voor verstandelijk beperkten werd geplaatst.