Dat bleek gisteren tijdens een vergadering in Brussel van de ministers van Buitenlandse Zaken van de huidige en de toekomstige EU-lidstaten. „De argumenten voor ons nee tegen het ontwerp zijn rationeel en blijven geldig”, verklaarde de Poolse bewindsman Cismoszewicz na afloop van het beraad. Hij vindt het niet terecht dat Warschau wordt opgezadeld met het imago van spelbreker.

Ierland, dat gedurende dit halfjaar het voorzitterschap van de Unie bekleedt, probeert de onderhandelingen, die tijdens een top in december geen resultaat opleverden, weer op gang te brengen. Deze week praat premier Ahern in dat kader met zijn collega’s uit Spanje en Polen.

Die twee landen weigerden vorige maand goedkeuring te geven aan een regeling die hun invloed bij stemmingen inperkt. Zij willen op dit punt het bestaande systeem handhaven, zoals dat vastligt in het Verdrag van Nice en waarin zij over bijna evenveel macht beschikken als Duitsland en Frankrijk. Het concept voor het nieuwe verdrag voorziet erin dat een plan is aanvaard als het de steun krijgt van ten minste de helft van het aantal lidstaten en als de voorstanders minimaal 60 procent van de totale EU-bevolking vertegenwoordigen.

De Spaanse minister De Palacio deelde gisteren mee dat Madrid „constructieve voorstellen” positief tegemoet zal treden. Zij wenst niet te spreken van een crisis, maar hooguit van „een kleine impasse.”

Eind maart beslissen de regeringsleiders waarschijnlijk wanneer zij een volgende poging ondernemen om een akkoord te bereiken. Wellicht gebeurt dat in het najaar. In die periode berust het voorzitterschap bij Nederland.