Enkele honderden leden van de oproerpolitie hielden de betogers nauwlettend in de gaten, maar er deden zich geen gewelddadige incidenten voor.

Oppositieleider Joerie Roska kondigde aan dat hij de Raad van Europa, die toeziet op de naleving van de mensenrechten, zal vragen om het royement van Moldavië. Volgens de oppositie maakt de regering zich op grote schaal schuldig aan corruptie. Ook zou er sprake zijn van overheidsbemoeienis met de rechtspraak.

In de provincie Trans-Dnjestrië verblijven ongeveer 2000 Russische militairen die daar munitiedepots uit het tijdperk van de Sovjet-Unie bewaken. Ook dienen zij als een buffer tussen Trans-Dnjestrië en de rest van Moldavië. De militairen werden in 1992 in de republiek gestationeerd nadat bij een burgeroorlog ongeveer 1500 mensen om het leven waren gekomen.

Moskou beloofde de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE) dat het de militairen eind 2004 zou terugtrekken, maar kwam later op die toezegging terug. Sindsdien is een plan geïntroduceerd dat voorziet in een verlenging van de Russische militaire aanwezigheid. Onenigheid over Moldavië leidde afgelopen december op een OVSE-top tot spanningen tussen de Verenigde Staten en Rusland.

Moldavië is een van de armste landen van Europa. Het gemiddelde maandinkomen bedraagt er 700 lei (een kleine 40 euro).