Studiedag van Gereformeerde Bond over ”Zicht op het ambt”
APELDOORN. Het ambt brengt in de moderne tijd een groot stuk verlegenheid met zich mee, verlegenheid in het pastoraat, maar ook in het leidinggeven. De mens is mondig geworden en het individualisme staat haaks op de uitoefening van het ambtelijk gezag.
Dat zegt ds. A. J. Mensink, voorzitter van de Gereformeerde Bond in de Protestantse Kerk in Nederland. Woensdagmiddag opende hij de studiedag ”Zicht op het ambt”. De jaarlijks terugkerende bijeenkomst, in Woudenberg, was belegd door het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond. De studiedagen zijn bedoeld voor zowel ambtsdragers als gemeenteleden.
„We willen op deze studiedag toerusting bieden, vaardigheden aanreiken hoe we anno 2014 met zegen een ambt kunnen uitoefenen. Daarnaast willen we elkaar ook thema’s meegeven die voor een stuk ambtelijke vreugde kunnen zorgen. Het ambt is weleens een last, want het takenpakket kan veel en zwaar zijn. Maar het is toch ook een lust. Het brengt zijn eigen moeite met zich mee, maar de Heere kan er ook een grote vreugde in schenken.”
Veranderd gezag
Vreugde in het ambt kan wel worden bedreigd door de zwaarte en de intensiteit van het ambt. „In de ogen van veel gemeenteleden is de positie, is het gezag van de ambtsdrager veranderd. De ambtsdrager kwam vroeger in de gezinnen en vroeg dan namens de Heere naar ons geestelijk en sociaal welzijn. Dat element gaat langzaam maar zeker wegvallen. Gemeenteleden ervaren het veel minder dat een ambtsdrager een door God gezondene is. Er wordt steeds gemakkelijker gezegd: „Ja, dat is uw mening, die respecteer ik wel, maar ik denk daar persoonlijk toch anders over.” Het individualisme erkent niet dat de mens gezag nodig heeft. De mens is zijn eigen gezag geworden, gaat zijn eigen weg, en zal steeds minder gehoor willen geven aan het: „Alzo spreekt de Heere.””
Dat betekent nog niet dat een ambtsdrager al te gemakkelijk in gezagstermen mag vervallen. „Want daar alleen redden we het ook niet mee.”
Dat alles heeft gevolgen voor het pastoraat, zegt ds. Mensink, predikant te Krimpen aan den IJssel. „Vaak wordt een ambtsdrager niet eens meer betrokken bij zaken als een huwelijkscrisis, een dreigende echtscheiding, of bij de keuze van een kerk. Mensen maken in toenemende mate hun eigen afwegingen, maken hun eigen keuzes.”
Het individualisme bedreigt het ambt. „Het staat haaks op dienstbaar zijn. Individualisme vind je dus niet onder ambtsdragers of onder broeders die voor een ambt gekozen zouden kunnen worden. Je zoekt in de kerk toch naar mensen die vervuld zijn van de Heilige Geest. Zulke mensen stellen zich vanzelf dienstbaar op en zijn ook bereid om offers te brengen.”
In alle kerken zal met het ambt geworsteld worden, veronderstelt ds. Mensink. „Kerkbreed blijkt verlegenheid rond het ambt. In geen enkele kerk in de gereformeerde gezindte is het ambt en is het ambtelijk gezag een vanzelfsprekendheid. We worstelen allemaal met het individualisme in de kerk.”
Vreugde
Het ambt geeft ook vreugde. Ds. Mensink wil dat benadrukken. „Het is prachtig werk. Als ambtsbroeders deel je veel vreugdevolle zaken met elkaar. Het geeft geestelijke broederschap. Als je gehoor geeft aan de roeping van het ambt, maakt dat je geestelijk rijker. In die gedachte ligt groot loon, zegt Psalm 19. Mensen worden in een ambt persoonlijk gevormd. Ik kom weinig tegen dat een ambtsdrager, als zijn termijn erop zit, zegt: „Gelukkig, daar ben ik vanaf.”