Op 27 januari, dinsdag, zullen Israëlische scholen, het leger, openbare instellingen en de media speciale programma’s wijden aan het gevaar van het opkomend antisemitisme in de wereld, aldus het kantoor van Sharansky.

„Antisemitisme bedreigt het Joodse volk, het bestaan van de staat Israël en in feite de hele wereld”, aldus de bewindsman. „We moeten het bewustzijn hierover in Israël opwekken, de solidariteit tussen Israël en de Joodse wereld vergroten en het gevoel van verantwoordelijkheid bij de Israëlische burgers met betrekking tot gebeurtenissen in de diaspora verhogen.”

Op 27 januari 1945 werd het vernietigingskamp Auschwitz bevrijd. Het is de officiële holocaustgedenkdag in veel Europese landen, waaronder Zweden, Groot-Brittannië, Italië en Duitsland. Op aandringen van Sharansky heeft een ministerieel comité voor ceremoniën die dag verklaard tot nationale dag voor solidariteit met de Joodse gemeenschappen buiten Israël.

„We moeten het antisemitisme vandaag bestrijden, morgen is het misschien te laat”, aldus de minister. „De geschiedenis heeft ons geleerd dat antisemitisme met de Joden begint, maar niet bij hen eindigt. Het gevecht tegen antisemitisme is dus de plicht van iedereen - als Israëliërs, als Joden en als burgers van de wereld.”

Maandag houdt Sharansky samen met de legerleiding een discussie over ”Het islamitische antisemitisme als strategische bedreiging tegen Israël”.

Dinsdag wijdt de Knesset een speciale zitting aan de dag voor de strijd tegen het antisemitisme.