„Alzheimer vroeger te voorspellen”
AMSTERDAM (ANP). Jaren voordat iemand de ziekte van Alzheimer krijgt, is het begin van de ziekte al in de hersenen te zien. Mensen lopen veel meer kans op dementie wanneer een bepaald eiwit minder in het vocht rond de hersenen te vinden is. „Als we alzheimer vroeger kunnen voorspellen, is de ziekte hopelijk beter te behandelen. Zover zijn we nu nog niet, maar het is wel onze hoop voor de toekomst”, zegt neuroloog in opleiding Argonde van Harten. Zij promoveert vrijdag op het onderzoek bij het VU medisch centrum in Amsterdam.
Van Harten werkt voor het Alzheimercentrum van het VUmc. Ze onderzocht 224 mensen die daar waren langsgekomen met geheugenklachten. Bij de meeste mensen bleef het bij wat vergeetachtigheid, maar het denkvermogen van 28 mensen ging in de jaren erna achteruit. In het vocht rond de hersenen van die mensen zat over het algemeen minder van een eiwit dat amyloid-beta42 heet. „Als dat zo is, heb je vijftien keer meer kans dat je achteruitgaat dan bij normale niveaus. Het is niet perfect, maar wel een goede voorspeller.”
Amyloid-beta42 is een giftig eiwit. Als er minder van in het hersenvocht te vinden is, betekent het dat het zich ophoopt in de hersenen zelf. „Daardoor gaan je hersencellen uiteindelijk kapot. Daardoor kun je normale functies niet meer uitvoeren en ga je langzaam steeds verder achteruit”, aldus Van Harten. Ze onderzocht het hersenvocht, omdat het eiwit daar makkelijker te meten is dan in de hersenen zelf.
Van Harten heeft haar patiënten twee tot vier jaar gevolgd. Over het algemeen komen de eerste veranderingen in de hersenen tien tot twintig jaar voordat iemand echt dement wordt. Van Harten: „We zijn op zoek naar dat allervroegste begin van de ziekte. Dan zouden we het misschien nog kunnen oplossen. Dat is het doel. Nu zijn we nog te laat. Wanneer we pas ingrijpen als iemand dement is, is het waarschijnlijk niet om te keren. We hebben nog geen behandeling.”