Zwarte dag voor kalvermarkt
Voor het laatst klonk gisteren op de veemarkt van Doetinchem het geloei van kalveren en het handjeklap van handelaren. Aan een traditie van 120 jaar kwam definitief een einde. De poging om de markt na de mkz-crisis weer op te starten is mislukt. Noodgedwongen en met weemoed nemen de handelaren afscheid. „De veemarkt was mijn lust en leven.”
Om zes uur ’s morgens verkeert Doetinchem nog in diepe rust. Maar rond de markthal in het centrum is het al een drukte van belang. Al uren zijn de handelaren –veelal oudere mannen die al tientallen jaren in het vak zitten– in touw. In alle vroegte hebben ze de kalveren met vrachtwagentjes en auto’s met trailers bij boeren opgehaald en naar de markt gebracht.
Met vaste hand worden de kalveren van een paar weken oud naar hun plek achter de dranghekken gedreven. Als ze tegenstribbelen krijgen ze een zacht tikje met een wandelstok. De handelaren maken met behulp van dranghekken hun eigen stekje en sorteren hun kalveren –hoofdzakelijk stiertjes– op ras.
Topprijs
Voordat de handel om zeven uur start, is er nog even gelegenheid om in het restaurant boven in de veemarkthal een bak warme koffie te drinken. In de rokerige gelegenheid schuiven de ongeveer vijftig handelaren bij elkaar aan tafel om de laatste nieuwtjes uit te wisselen. Ze kennen elkaar bijna allemaal. Al sinds jaar en dag komen ze steevast iedere dinsdag naar Doetinchem.
Wat er leuk is aan de veemarkt? De 61-jarige Bemers uit Winterswijk hoeft niet lang na te denken. „De contacten, je ontmoet mensen en het is gezellig. Natuurlijk probeer je wat te verdienen, maar dat lukt niet altijd.” Hij grijnst. „Als je verliest, heb je daar last van. Natuurlijk. Maar wat je dan aan geld minder hebt, wordt je aan verstand wijzer”, zo luidt zijn devies. „Nog een bakje?” zo vraagt Bemers aan zijn collega’s aan tafel.
Net na zevenen gaat de markt van start. De hal is nog niet halfvol met kalveren. Handelaar Heusinkveld uit Zelhem staat te midden van een tiental dieren. Speurend lopen de kopers rond. Van den Brink uit Elspeet bekijkt de kalfjes, knijpt ze eens in hun rug –„als ze gezond zijn reageren ze hier direct op”– en geeft als hij een bod uitbrengt een klap op Heusinkvelds hand. Nee, schudt die. Van den Brink noemt een nieuw bedrag en dan begint het handjeklap. „Moet je zien wat een superbeestjes. Echt, het is geen topprijs”, zegt de handelaar uit Zelhem. Maar ze worden het niet eens.
De 23-jarige Van den Brink –een van de weinige jonge handelaren– loopt weg, maar kijkt achterom. „Kom terug, want anders koopt een ander ze”, roept Heusinkveld. „Je loopt tegen jezelf te vechten. Ik zie dat je er niet vrij van bent. Echt, het is het neusje van de zalm.” Van den Brink biedt opnieuw, maar ze komen er niet uit. Heusinkveld haalt zijn schouders op. „Dan wachten we op een ander”, zegt hij laconiek.
Dat de markt sluit, vindt de handelaar, die al ruim vijftig jaar in Doetinchem komt, verschrikkelijk. „Ik heb er een hele nacht van gedroomd.”
Ook bij de 85-jarige Gert Wentink –op klompen, bolknak in de mond en stok in de hand– uit Gaanderen roept de sluiting gemengde gevoelens op. „Tot voor een jaar heb ik hier altijd de kost verdiend. Het was een mooie tijd. Maar het is in de loop der jaren allemaal wel minder geworden.” Hij wijst met zijn stok de halflege hal rond. „Het stond hier vroeger stampvol met kalveren en schapen, terwijl je buiten koeien en stieren kon kopen. Dat was prachtig.”
Rond tien uur zijn alle kalfjes verkocht. De handelaren zetten zich weer achter de tafeltjes in het restaurant om voor de laatste keer op deze plek af te rekenen. Veel gaat per cheque, maar ook de duizendjes schuiven over tafel.
Mkz-crisis
Het is over in Doetinchem. De sluiting van de veemarkt was onvermijdelijk. De afgelopen jaren ging het al bergafwaarts. Het aanbod nam steeds verder af, omdat met name jongere boeren hun koeien rechtstreeks aan de slachterijen verkochten. De mkz-crisis dit voorjaar betekende een nieuwe, gevoelige klap. Om verspreiding van dierziekten te voorkomen, moesten de acht Nederlandse veemarkten van minister Brinkhorst van Landbouw tijdelijk dicht.
Na de mkz-crisis werden de regels verscherpt. Voor het veetransport kwamen strenge eisen, waardoor het verzamelen van dieren moeilijker werd. Ook mochten verschillende diersoorten zoals kalveren, runderen en schapen niet meer op één dag worden verhandeld. Verder moesten de veemarkten aan scherpe hygiëne-eisen voldoen.
De regels waren zo streng dat slechts drie van de acht veemarkten –Doetinchem, Leeuwarden en Utrecht– weer hun deuren openden. „Wij zagen kansen om met onze goed florerende kalvermarkt, waar altijd zo’n 1250 dieren kwamen, door te gaan”, stelt voorzitter T. Huls van de Doetinchemse veemarkt. „Een voorwaarde was wel dat we met z’n allen de schouders eronder moesten zetten. Om rendabel te kunnen draaien, moeten we wekelijks minimaal duizend kalfjes hebben. Met de 12,50 gulden die wij per dier krijgen, kunnen we dan uit de kosten komen.”
De doelstelling werd niet gehaald. „Het begon hoopvol met zo’n 600 kalveren per week, maar helaas brokkelde de aanvoer af tot nu zo’n 450. Hierdoor kregen wij ons financieel plaatje niet rond, zodat we het besluit hebben moeten nemen om de markt te sluiten. Helaas is het nu –na 120 jaar en twee weken– voorbij. Dit is een zwarte dag voor ons”, zegt Huls.
Brinkhorst
Gisteren werd door de handelaren met pijn in het hart afscheid genomen van de markt. „Het is heel erg triest. Juist de markt is nodig voor een goede prijsvorming, want hier komt vraag en aanbod bij elkaar. Echt, ik vind het heel jammer dat dit gebeurt. De markt was mijn lust en leven”, benadrukt handelaar Vierhout uit Nunspeet.
Van menige handelaar krijgt Brinkhorst de volle laag. „Met zijn strenge regels valt niet te werken. De noodzakelijke aanpassingen zijn veel te duur. Wat er nu met de markt gebeurt, past precies in Brinkhorst z’n straatje, want hij wil alle boeren weg hebben uit Nederland”, zegt een geïrriteerde Wensink uit Aalten.
Voorzitter Huls vindt dat de beschuldigende vinger niet alleen naar de overheid moet worden uitgestoken, maar dat de handel ook de hand in eigen boezem moet steken. „Toen Brinkhorst de sluiting van de veemarkten aankondigde werd er door vele handelaren fel geprotesteerd. Maar sommigen van degenen die bij de acties voorop liepen, hebben het laten afweten, want zij voerden geen dieren meer aan op de markt.”
Wat er met de veemarkthal gaat gebeuren, is onbekend, stelt Huls. „Het gebouw is van de gemeente, dus die zal daar een besluit over moeten nemen. Maar gezien de locatie in het centrum zal het niet moeilijk zijn om daar een bestemming voor te vinden.”
Illegale handel
Veel handelaren weten nog niet precies hoe ze hun werk zullen voortzetten. Om in ieder geval informatie uit te kunnen wisselen, is het initiatief genomen om elke dinsdagavond in een café bij de veemarkt bij elkaar te komen. Of dat een succes wordt, is nog onduidelijk.
Na de mkz-crisis stond Brinkhorst toe dat er voor het bijeenbrengen van de kalveren speciale verzamelplaatsen kwamen. Voor handelaar Piet Sluis uit Polsbroek vormen deze geen goed alternatief voor de markt. „In die opvangcentra vindt geen eerlijke prijsvorming plaats, omdat de grote kalverconcerns zoals de Van Drie Groep en Alpuro het daar voor het zeggen hebben. Die bepalen de prijs.” Dat gisteren op de Doetinchemse veemarkt zijn circa honderd kalveren ook door Van Drie werden gekocht, is volgens Sluis iets anders. „Op de markt wordt echt onderhandeld over de prijs.”
De handelaar uit Polsbroek vindt de sluiting van de veemarkten ook ongewenst omdat het al heeft geleid tot illegale handel in kalveren. „Brinkhorst ontkent dat het gebeurt, maar het vindt wel in vrij grote mate plaats. Mesters moeten dieren hebben van een gelijke omvang. Om deze uniforme koppels te kunnen maken, moet je veel kalfjes hebben. Sommige handelaren verzamelen nu dieren illegaal in een schuurtje totdat ze dergelijke koppels hebben en bieden ze dan aan bij de verzamelplaatsen of bij de mesters. Pas op dat moment wordt de transactie doorgegeven, waarbij niet wordt vermeld dat de kalfjes ook elders zijn geweest. We doen het niet graag illegaal, maar de minister dwingt er ons toe.”