Inflatie in EU in januari gestegen
Volgens een eerste raming is de inflatie in de eurozone in de voorbije weken flink gestegen. Eurostat, het statistisch bureau van de EU, zegt dat dit effect niet noodzakelijkerwijs valt toe te schrijven aan de invoering van de nieuwe munten en bankbiljetten.
Het tempo van de geldontwaarding klom in januari naar 2,5 procent. In december lagen de prijzen gemiddeld 2,1 procent boven het niveau van twaalf maanden eerder. Gegevens per lidstaat zijn nog niet beschikbaar.
Bij de opgetreden versnelling spelen in ieder geval ook een rol de belastingverhogingen aan het begin van het nieuwe jaar, het uitstellen van de uitverkoop in sommige landen en het feit dat verse groenten en fruit fors duurder werden als gevolg van het koude weer in grote delen van Europa.
President Duisenberg van de Europese Centrale Bank (ECB) zinspeelde er vorige week tijdens een gedachtewisseling met het Europees Parlement al op dat de inflatie tijdelijk licht zou aantrekken. Hij voegde daar de verwachting aan toe dat er in februari of maart weer een daling inzet, tot beneden de 2 procent. Dat percentage hanteren hij en zijn medebestuurders in Frankfurt op middellange termijn als bovengrens om te kunnen spreken van een situatie van prijsstabiliteit.
Vrijdag was het precies een maand geleden dat de euro in zijn chartale verschijningsvorm in circulatie kwam. De Europese Commissie stelde ter gelegenheid daarvan nog eens vast dat de overschakeling succesvol is verlopen. Zij schrijft dit toe aan het „overweldigend enthousiasme” onder de burgers en aan de zorgvuldige voorbereiding van de operatie.
Thans vindt binnen het totaal van de twaalf landen die deelnemen aan de monetaire unie 95 procent van de contante transacties plaats in de nieuwe munteenheid. Alleen in Nederland is het oude, nationale geld inmiddels geen wettig betaalmiddel meer en kan er in de winkels alleen worden afgerekend in euro’s.