Staat vecht uitspraak over ‘Srebrenica’ aan
DEN HAAG (ANP). De Staat gaat in beroep tegen de uitspraak van de rechter in Den Haag dat Nederlandse militairen in 1995 niet hadden mogen helpen bij het deporteren van 320 moslimmannen van hun basis in de Bosnische enclave Srebrenica. Dat heeft het ministerie van Defensie donderdag bekendgemaakt.
De meeste van deze moslimmannen werden destijds gedood. De rechter oordeelde afgelopen juli dat de Staat aansprakelijk is voor de schade van de familieleden. Maar volgens de landsadvocaat komt het vonnis erop neer dat het Nederlandse bataljon verantwoordelijk is voor de dood van de mannelijke vluchtelingen op de compound in Srebrenica en „daar is de Staat het niet mee eens”, aldus Defensie. „De massamoord in Srebrenica is een vreselijk drama, waar de Bosnisch-Servische troepen, en zij alleen, verantwoordelijk voor zijn.”
Ook bestaat volgens de Staat het risico van „precedentwerking” voor militaire missies als deze rechterlijke uitspraak richtinggevend wordt.
De moslimmannen werden op 13 juli 1995 door de Bosnische Serviërs weggevoerd van de compound van Dutchbat, het Nederlandse VN-bataljon in Bosnië. Volgens de rechtbank had Dutchbat moeten weten dat de mannen gevaar liepen. Omdat Dutchbat de volledige zeggenschap had over de omheinde compound, hadden de Nederlanders volgens de rechter niet mogen meewerken aan het wegvoeren van de mannen. Voor de val van Srebrenica is Nederland echter niet verantwoordelijk, oordeelde de rechtbank. Na die val werden ruim 8000 mannen vermoord.