De ANWB presenteerde vandaag op de Ecomobielbeurs in Rotterdam een op­lossing voor bezitters van een elektrische auto die niet beschikken over een eigen oprit: de verlengde huisaansluiting.

„Nederland telt 45.000 elektrisch aangedreven voertuigen, en dat aantal groeit relatief hard”, lichtte Marco van Eenennaam, programmaleider elektrische mobiliteit bij de ANWB, gisteren alvast een tipje van de sluier op.

Niet iedereen met een elektrische auto beschikt over een eigen oprit; en de laadpaal staat soms drie straten verderop. „De meeste gemeenten hebben een afspraak lopen met een laadexploitant voor het plaatsen van laadpalen. Deze rekent voor het opladen per kilowattuur een bedrag dat hoger ligt dan het tarief voor de meeste huishoudens”, vervolgt Van Eenennaam.

Kabel

De meeste mensen parkeren hun auto het liefst voor de deur. Dat er dan een kabel over de stoep loopt om de auto op te laden, nemen ze voor lief, weet de ANWB-man. Ze profiteren zo van hun ‘eigen’ stroom, die een stuk goedkoper is. „Eigenlijk is dit een verkapte hulpvraag: gemeente help me; ik wil mijn auto voor de deur kunnen opladen.”

Voor deze gevallen heeft de ANWB samen met de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en onderzoeks­instituut Movares een modelovereenkomst opgesteld voor een zogeheten verlengde huisaansluiting.

Hoe gaat die in zijn werk? Van Eenennaam: „Vanuit de eigen meterkast wordt een kabel getrokken naar een laadpaal die aan de weg komt te staan. De paal staat op openbaar terrein, maar is eigendom van degene die hem laat plaatsen. Deze is baas over eigen stroom.”

De gemeente kan vervolgens een bedrag in rekening brengen voor de verhuur van openbare ruimte. Bovendien bestaan er laadpalen in alle soorten en maten. Om wildgroei daarin te voorkomen kan de gemeente het plaatsen van de paal in eigen beheer houden, evenals het onderhoud ervan. Maar dat laatste heeft niet de voorkeur van de ANWB en maakt geen deel uit van het plan verlengde huisaansluiting.

Aan het concept zitten nog aller­lei haken en ogen, erkent Van Eenennaam. „Heeft iemand met een eigen laadpaal bijvoorbeeld plotseling recht op een eigen parkeerplaats?”

Wanneer parkeerruimte in een straat schaars is, kan dat problemen opleveren, beaamt Arjan Oranje, projectmanager elektrisch rijden van gemeente Rotterdam. De gemeente Rotterdam gaat om die reden al behoedzaam om met het plaatsen van openbare laadpalen.

Laadpaal

„Rotterdam telt inmiddels 1100 laadpunten”, zegt Oranje. „Iedereen in onze gemeente die een elektrische auto aanschaft en niet op eigen terrein kan parkeren, kan een laadpaal aanvragen. Deze zetten we vervolgens niet voor zijn huis, maar bijvoorbeeld op de hoek van de straat.”

Hij noemt het huidige beleid ”opladen 1.0”. „We hebben drie ‘smaken’: een eigen oplader op eigen terrein; openbare parkeer­garages met oplaad­punten; en laadpalen op straat die we in samenwerking met laadpaal­exploitant Cofely plaatsen. Op dit moment zie ik 
nog geen grote behoefte aan een vierde smaak: laadpunten achter de eigen meter­kast. We kunnen momenteel garanderen dat iedereen zijn elektrische auto kan opladen. Maar we volgen de nieuwe ontwikkelingen natuurlijk wel.”

www.anwb.nl/elektrisch

ANWB faciliteert consument

ROTTERDAM. De ANWB zal zich de komende jaren inzetten om elektrisch rijden gemakke­lijker te maken onder de noemer Zorgeloos Elektrisch.

De bond zal in samenwerking met gemeenten, autofabrikanten en aanverwante bedrijven, zoals laadexploitanten, meedoen aan het ontwikkelen van een snellaadnetwerk.

Ook wil de ANWB de consument en de zakelijke rijder helpen de overstap te maken naar een elektrische auto. Onder meer door informatie te verstrekken over elektrisch rijden en de locaties van laadpunten.

Daarnaast komt de organisatie met een eigen oplaadpas waarmee 24 uur, 7 dagen in de week elektrische auto’s kunnen worden opgeladen op praktisch alle publieke oplaadpunten. Met enige regelmaat zal de ANWB gebruikers daarvan een factuur toesturen.