Snel woont aan een dromerig landweggetje dat vanaf het dorpje Stolwijk tussen de weilanden door loopt. Na zo’n 1,8 kilometer loopt de Bovenkerkseweg dood voor het meeste verkeer. Alleen wandelaars kunnen, via een bruggetje, over een drietal paden de polder verder verkennen.

Toch komt het nodige verkeer Snels huis voorbij. „Tractoren, vrachtwagens en natuurlijk auto’s”, somt de Stolwijker op. Het gaat niet alleen om buurtbewoners. „Vooral in de hooimaanden huren de boeren loonwerkers in. Die komen met heel groot materieel voorbij.”

Het vele zware verkeer leverde Snel al vaak hoofdbrekens op. „Op het gedeelte waaraan ik woon, geldt een maximumsnelheid van 30 kilometer per uur. Maar lang niet iedereen houdt zich hieraan. Bovendien is het deze weg niet op het steeds zwaardere verkeer berekend. Die grote vrachtwagens drukken door hun gewicht de knotwilgen helemaal schuin richting het water.”

Ook de tractoren worden steeds breder. Ze kunnen maar net over het weggetje en tussen alle obstakels door, weet Snel. „Hier lopen veel wandelaars. Die moeten goed tussen de bomen wegduiken om niet door ze geraakt te worden. Erg vervelend, al moeten de boeren natuurlijk wel hun brood kunnen verdienen.” De oudere agrariërs laveren vrij voorzichtig overal tussendoor, gelooft Snel. De loonwerkers zijn een ander verhaal, net als de ‘laagvliegende’ buurtjeugd. „Jongere mensen kennen geen gevaar.”

Binky

Met zijn schilderijen wil hij weggebruikers bewust maken van de gevolgen van onverantwoord gedrag in het verkeer. Zijn actie had een trieste aanleiding. „In de loop der jaren zijn onze twee katten overreden. En recent onze hond.” De dood van de laatste greep hem nog het meeste aan. „Die katten gaan nu eenmaal graag op avontuur uit, en lopen daarmee meer risico. Ik vond het wel naar, maar aan de hond, een Maltees leeuwtje, was ik nog veel meer gehecht. Na vier à vijf jaar wordt het een beetje je kindje.”

Een stevig hekwerk aan de weg moest Binky het lot van de katten besparen. „Waar ik woon heeft de weg een flauwe bocht, die maakt de situatie vrij onoverzichtelijk. Tractoren hebben al vaak mijn hek geraakt. Ik zag dat er weer een ornament van mijn hek was gereden.”

Op een keer tikte iemand naderhand berouwvol op het raam. „Een loonwerker. Ik had niets gehoord maar hij bleek het hek te hebben geramd; veel ernstiger dan gewoonlijk. Hij bekende zelf dat hij te hard had gereden.” Een halfuurtje later liet Snel, zoals altijd, zijn hondje uit. „Ik deed het beest pas bij het hek zijn halsband om. Maar door alle consternatie had ik er even geen erg in dat-ie er nu gewoon door kon.”

Voor zijn ogen slingerde daarop een enorme band van een passerende tractor het beestje metershoog de lucht in. Snel kon het niet aanzien en rende huilend naar binnen. „Toen stond er weer iemand tegen mijn raam te tikken.” Deze man kon er niets aan doen, snapt de schilder. „Ik denk zelfs dat hij niet te hard reed. Maar het gebeurde wel doordat een hardrijder het hek kapot had gereden.”

Nu hangen zijn twee schilderijen er aan zijn tuinschuur annex schildersatelier. Als een stil protest. Bordjes eronder waarschuwen de notoire verkeerszondaars voor mogelijke gevolgen. Bijvoorbeeld voor fietsende kleintjes die plots de weg opspurten als de journalist –keurig 30 rijdend– zijn afspraak nadert.

Hardrijders zullen de schilderingen overigens niet zien. „Maar wandelaars en fietsers staan er vaak naar te kijken. Soms steekt er een zijn duim omhoog.” Verder vraagt Snel niet naar reacties.

„Mensen wanen zich onbespied. Ik laat hen graag rustig kijken. Als ik hier één doodgereden kat mee kan voorkomen, heb ik mijn missie volbracht.”

„Trekkerrijbewijs moet uitkomst bieden”

De gemeente Vlist, waartoe Stolwijk behoort, liet woensdag in een reactie weten bekend te zijn met de snelheidsproblematiek inzake het landbouwverkeer. Maar in de komst van door Snel gewenste verkeersdrempels ziet Vlist geen oplossing. Woordvoerder Johan Suijker: „Vooral aanhangers zullen in de vroege ochtenduren tot geluidsoverlast en trillingshinder leiden.”

Hij vestigt zijn hoop op de invoering van het Trekkerrijbewijs, in 2015. „Bij de rijopleiding moet veel meer aandacht worden besteed aan de risico’s”, vindt hij. „Verder gaat Cumela Nederland de komende jaren campagne voeren om binnen en buiten de sector duidelijk te maken dat de tractor een eigen, unieke positie heeft als transportmiddel.” Deze brancheorganisatie voor ondernemers in groen, grond en infrastructuur heeft ook een lesprogramma ontwikkeld: ”Veilig omgaan met opvallend landbouwverkeer”. Suijker: „Het lesprogramma zal binnenkort worden aangeboden aan alle scholen in de gemeente Vlist. Verder blijven snelheidscontroles altijd nodig.”