Driekwart van de Amerikanen is van mening dat religie haar invloed verliest in het openbare leven in de Verenigde Staten, blijkt uit het onderzoek dat in september onder 2000 Amerikanen werd gehouden. De meesten van hen zien dat als een verslechtering.

Een meerderheid (52 procent) wil dat kerken zich meer in het politieke debat mengen. In 2010 was dat nog 48 procent. Ongeveer de helft van de ondervraagden meent dat kerken hun opvattingen over sociale en politieke kwesties naar buiten moeten brengen. In 2010 was dat nog 43 procent.

De meeste Amerikanen geloven nog steeds dat kerken geen politieke kandidaten mogen aanbevelen, maar de steun daarvoor neemt toe. In 2010 was 26 procent van de religieuze Amerikanen voor en 15 procent van de niet-religieuzen. In 2014 is dit toegenomen tot respectievelijk 35 en 23 procent. Het draagvlak voor kerkelijke steun voor een kandidaat is onder degenen die zich niet tot een geloof rekenen dus met 50 procent toegenomen.

Blanke evangelicalen en zwarte protestanten gaven vaker dan andere religieuze groeperingen aan dat zij geloven dat homoseksueel gedrag zondig is. Van alle ondervraagden is de helft het daarmee eens. In 2010 was dat nog 45 procent. Volgens Gregory Smith, directeur van Pew, is dat een opvallende uitkomst. „Het is nog te vroeg om te spreken van een omkering of afzwakking van de huidige trend waarin homoseksualiteit en het homohuwelijk juist meer steun krijgen.”