Juiste de enkeling vormt een risico
De grootste preventiemogelijkheden vanuit criminologisch oogpunt liggen in het gezin en in de opvoeding, zo luidt een theorie die mr. A. Klaassen
met instemming citeert naar aanleiding van het schietincident op het Haagse Terra College. Ook op het Terra College in Den Haag was de school weer net begonnen met het nieuwe jaar. Om in de tweede week weer dicht te gaan in verband met het overlijden van haar adjunct-directeur; ten overstaan van tientallen leerlingen doodgeschoten door een 17-jarige leerling. Naar het zich laat aanzien uit wraak, vanwege problemen rondom agressief gedrag. Verbijstering en bezorgdheid alom. Wat wordt eraan gedaan?
Eerwraak
Het is voor Nederland de tweede keer in de recente geschiedenis dat op een middelbare school vuurwapens worden gebruikt. Op 7 december 1999 verwondde een 17-jarige vier medeleerlingen en een docente. Het bleek te gaan om een knullig uitgevoerde eerwraak in een typisch Turkse setting. Ver van ons bed dus. Maar nu?
In datzelfde jaar 1999 schoten twee leerlingen in Amerika twaalf medeleerlingen, een docente en zichzelf dood. De oorzaak leek te liggen in een geweld verheerlijkende subcultuur, gevoed door gewelddadige films en dito computerspellen. Amerika is ver weg, dachten we toen. Daar gebeuren dat soort dingen nu eenmaal.
Het kwam echter dichterbij: in april 2002 schoot een leerling in het Duitse Erfurt zestien personen dood, en daarna zichzelf. Na Den Haag kunnen we er niet meer onderuit: het is ook ons probleem. Het lijkt mij zinnig dat we onszelf dat ook bewust worden. Wat in Den Haag gebeurd is, kan ook in Amersfoort gebeuren. Of in Kampen. En daar zitten onze kinderen op school.
Ik zal in het navolgende een aantal oorzaken voor incidenten als de bovengenoemde bespreken; het gaat mij er daarbij om dat deze fenomenen ook de gereformeerde gezindte overkoepelen.
Bindingstheorie
Natuurlijk zijn er manieren om aan deze problemen te werken, wat ook wordt gedaan. Maar we mogen het niet overlaten aan de overheid. Ook niet aan de school. De grootste preventiemogelijkheden vanuit criminologisch oogpunt liggen in het gezin en in de opvoeding, aldus de socialebindingstheorie.
Criminologen hebben er al op gewezen dat het weinig effectief werkt om -zoals in Amerika- de school vol te hangen met camera’s, detectiepoorten bij iedere ingang neer te zetten en op die manier van de school een huis van bewaring te maken. Verondersteld wordt zelfs dat dit averechts werkt.
Beter is de individuele aanpak, zoals het werken met een vaste agent op school, het collectief opstellen van een gedragscode, het nemen van spijbelmaatregelen.
Kan het gezin de beste preventie bieden, de keerzijde van de medaille is dat daaruit juist ook de oorzaken voor crimineel of agressief gedrag kunnen komen. Een gebroken gezin of misstanden daarin kunnen de basis zijn voor een psychische problematiek die haar weerga niet kent.
Als voorbeeld noem ik Frankie P., de leider van de bende van Venlo, die op 20-jarige leeftijd ten minste zeven moorden op zijn conto had staan, gepleegd vanwege de kick en voor het geld. Zijn pleegmoeder, met de zoveelste vriend aan haar zijde, bagatelliseerde zelfs zijn gedrag. Het is een extreem voorbeeld, maar wel een uit vele.
Vernederd
Naast de opvoeding kan ook de (sub)cultuur waarin de jongere leeft, bijdragen aan de oorzaken van agressie. Het benadrukken van mannelijkheid of eigen eergevoel bijvoorbeeld. Het opknappen van je eigen zaken.
Dit kan ertoe leiden dat een jongere zich in een zo sterke mate vernederd voelt dat wraak de enige oplossing lijkt. Op basis van wat er omtrent de schietpartij in Den Haag bekend is, lijkt dit ook hier het motief te zijn: de jongere in kwestie had enige dagen voordien problemen gehad op school. Zijn Turkse afkomst zou verder mee kunnen brengen dat zijn eergevoel (een cultureel bepaalde emotie) bovenmatig gekwetst is door de school. Het veroorzaken van leed bij degene die jou laat lijden, is dan een voor de hand liggende reactie om de zaak weer recht te trekken.
Drugs- en drankgebruik blijken het in de (straf)praktijk ook goed te doen als oorzaak voor geweldsdelicten. Het fenomeen ”zinloos geweld” is dan ook ontstaan in het uitgaansleven. De aanpak van de overheid is er thans op gericht de verkoop van drank aan jongeren tegen te gaan. Maar hoe wordt er binnenshuis met drankgebruik omgegaan?
Lange tijd is er verder discussie geweest over de vraag of geweld in films of computerspelletjes nu echt verband houdt met gewelddadig gedrag door jongeren. Inmiddels zijn er studies die dit verband leggen. Prof. dr. B. Smalhout brak in De Telegraaf in 1999 al een lans voor een totaalverbod op gewelddadige mediaproducties. Maar hij gaf ook aan dat dit niet afdoende zou zijn: beter is het op scholen tijd vrij te maken voor onderricht in de lichamelijke en geestelijke vormen van geweld. Jongeren die met eigen ogen eenmaal het effect van een messteek of pistoolschot hebben gezien, zullen volgens hem vermoedelijk wel twee keer nadenken alvorens in de voetsporen van hun ’onsterfelijke’ filmheld te treden.
Zo ver gaat de overheid helaas nog niet; de discussie beperkt zich tot het al dan niet plaatsen van een antigeweldschip in de tv.
Thuisproblemen
Als we deze, onvolledige, opsomming de revue hebben laten passeren, is er weinig reden om aan te nemen dat uitwassen als een schietpartij op scholen in onze achterban ondenkbaar zijn. Iedere docent kan verhalen over de thuisproblemen van zijn leerlingen.
Drugs en drank zijn voor onze jeugd allang geen onbekende terreinen meer. Uit de recente mediadiscussie is gebleken dat hetzelfde geldt ten aanzien van actiefilms en gewelddadige computerspellen. De mate van brutaliteit en agressie op scholen is al lange tijd een groot probleem.
Zonder paranoïde te willen zijn of onnodige onrust te willen veroorzaken, wil ik met het voorgaande onderstrepen dat de voedingsbodem voor geweld ook onder ons aanwezig is. Gelukkig is de gezinssamenhang in de meeste gevallen goed. Gelukkig is het normbesef en zijn de ethische remmingen nog volop aanwezig. Het is echter niet het gros van de leerlingen dat voor het probleem zorgt. Ook buiten onze gezindte geldt voor het gros van de jeugd dat het geen risicogroep vormt voor dit soort delicten.
Waar het om gaat is die enkeling, wiens problemen niet tijdig of onvoldoende zijn opgemerkt en ondervangen. Die thuis geen gehoor vindt, op school niet, maar wel in een omgeving die verwoestend werkt voor hemzelf en uiteindelijk ook voor de samenleving.
Sleutelwoord
Uiteraard is het niet mogelijk om dermate preventief te zijn dat dit soort incidenten niet voorkomt. Ook het Terra College had een intensief, op preventie gericht programma. Ook daar hingen camera’s. Het laatste wat we echter moeten doen, is met een beroep op onmacht stil blijven zitten.
Het sleutelwoord is communicatie. Communicatie met de jongere over wat hem of haar bezighoudt, waar hij of zij mee bezig is. In het gezin, op de school en daarbuiten.
Ouders en docenten staan -zoals altijd- voor de taak een brug te slaan tussen de generaties en hun verschillen. Toelaten dat wij naast elkaar in totaal verschillende werelden leven is funest. Het kan namelijk leiden tot schietpartijen.
De auteur is advocaat bij Bouwman Van Dommelen Advocaten te Utrecht