Economie

Afscheid nemen van een familiebedrijf

Honderd jaar heeft familie Brink aan het roer gestaan van het gelijknamige familiebedrijf, dat groot is geworden met trekhaken en luchtverwarming. Opa Reint begon in 1903 als hoefsmid, kleinzoon Wim kondigde een eeuw later het einde af. Een bewuste keuze. „We hebben als broers afgesproken dat de vierde generatie het stokje niet mag overnemen. Om problemen te voorkomen.”

Frank van de Beek
16 January 2004 08:47Gewijzigd op 14 November 2020 00:53
STAPHORST – Algemeen directeur J. W. Brink blijft nog twee jaar actief binnen de divisie kantoorinrichting van de Brink holding. Het bedrijf, dat vorige maand zijn honderdjarig bestaan vierde, neemt daarmee afscheid van de laatste nazaat van oprichter R
STAPHORST – Algemeen directeur J. W. Brink blijft nog twee jaar actief binnen de divisie kantoorinrichting van de Brink holding. Het bedrijf, dat vorige maand zijn honderdjarig bestaan vierde, neemt daarmee afscheid van de laatste nazaat van oprichter R

Op het industriegebied langs de spoorlijn in Staphorst wapperen talrijke vlaggen met het rood-blauwe Brink-logo in de straffe wind. De onderneming gebruikt in deze gemeente maar liefst een oppervlakte ter grootte van zeven voetbalvelden. Op de eerste verdieping van een van de gebouwen heeft algemeen directeur J. W. Brink, de laatste vertegenwoordiger van de Brink-familie, slechts 30 vierkante meter in gebruik.

Om de 100-jarige historie op te diepen haalt Brink een fotoboekje tevoorschijn. „Mijn opa begon in 1903 als hoefsmid. Daar is niet zo veel over te vertellen. Het was gewoon hard werken. De smederij in Assen veranderde toen vader mee ging werken. Hij had meer handelsgeest.”

De foto’s laten verschillende voorbeelden zien: kachels, trailers en zelfs fietsen. Veel productkennis bezat de ondernemer niet altijd. „In het begin wisten ze nog niet om te gaan met een lekke band.”

Eén herinnering aan zijn vader schiet Brink in gedachten. „Ik ben streng gereformeerd opgevoed. Toen mijn vader op een dag een draaimolen had gemaakt, mocht ik van hem niet naar de kermis om de molen te proberen.”

Na de oorlog grijpt vader Brink de mogelijkheid aan om stukgeschoten wagons te repareren. Hij huurt een loodsje in Meppel en gaat aan de slag. Later verschuift de aandacht meer naar trailers. Het is een moeilijke tijd omdat expediteurs geen geld hebben om nieuwe trailers te kopen.

Het besluit van de gemeente Meppel om een weg aan te leggen op de plek van het bedrijfspand, drijft de familie Brink in 1958 naar buurgemeente Staphorst. „De burgemeester heeft zich sterk gemaakt om Brink binnen te halen. Hij zag het belang van industrie voor zijn gemeente in. De gemeente heeft mijn vader toen zelfs een lening verstrekt.”

De directeur is tevreden over de huidige vestigingsplaats. „Het is een prima gemeenschap om in te werken. Als iemand uit Staphorst solliciteert, dan weten we dat het goed zit. Een vakbondsbestuurder hebben we bijvoorbeeld zelden over de vloer gehad.”

Het bedrijf maakt in Staphorst een nieuwe start. Via boottrailers en aanhangwagens verschuift het assortiment langzaam naar trekhaken. „Een trekhaak was op dat moment geen handelsartikel. Wij zagen daar markt in en zijn begonnen met de productie van diverse soorten haken.”

Een trekhaak is seizoensgebonden, zo leren de ondernemers. „Consumenten trekken vooral in de zomer eropuit met caravan of boot. Daarom gingen we op zoek naar een product voor de wintermaanden. Het klinkt erg simpel als ik zeg dat we bij heteluchtverwarming zijn uitgekomen. Toch ging er een hele zoektocht aan vooraf.”

Het typeert de ondernemerszin van de familie. Drie zonen vinden uiteindelijk hun plekje binnen het bedrijf, waarbij Wim de verwarmingsafdeling opbouwt.

In 1996 besluiten twee broers te stoppen. Opvolging binnen de familie is niet aan de orde. „We hebben in 1967 samen besloten dat we een vierde generatie niet willen toelaten in het bedrijf. Het gevaar van problemen tussen verre neven en nichten is te groot. Als broers hebben we daar goede afspraken over gemaakt.”

De trekhakendivisie gaat in 1996 over in Amerikaanse handen en in 2001 meldt zich een Duitse beursgenoteerde onderneming voor de divisie luchtverwarming. De merknaam blijft bestaan.

Binnen de holding blijven drie activiteiten over, waarvan het ontwerp en de productie van kantoormeubilair de belangrijkste is. „Het is geen gemakkelijke markt. We proberen met 200 werknemers ons aandeel te veroveren naast grote concurrenten als Ahrend en Aspa. En bij een recessie moet meubilair al snel een jaartje langer mee.”

Het honderdjarig bestaan vormt de aanleiding om nog een keer alle Brink-medewerkers bij elkaar te roepen. Vorige maand zijn ze getrakteerd op een groots feest. „Daar heb ik in mijn speech officieel het einde van het familiebedrijf afgekondigd.”

Het zijn voor Brink, die zelf over twee jaar het stokje overdraagt aan de huidige managers, geen gemakkelijke momenten. „Toch was de verkoop van de divisie luchtverwarming moeilijker. Daar ben ik vanaf het begin bij betrokken geweest. Tijdens de afscheidstoespraak kreeg ik het te kwaad. Ik ben van het podium af gelopen en naast mijn moeder gaan zitten. Zij bleef nuchter: „Wim, aan alle dingen komt een eind”, terwijl ze me een schouderklopje gaf.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer