AlDe’emeh doet aan de Universiteit van Antwerpen onderzoek naar jihadstrijders en reisde via Turkije naar Aleppo in Syrië. Daar voegde hij zich bij een groep jihadisten. Volgens hem is het leven van de polderjihadisten lang niet zo zwaar als in het Westen wellicht wordt aangenomen. „De jongens staan ‘s ochtends op, ontbijten en zien hun vrouw. Ze spelen met hun kinderen. Rond de middag vertrekken ze dan naar de kazerne”, aldus de Belg.

Ook met het vechten valt het volgens AlDe’emeh wel mee. „Af en toe worden ze opgeroepen tot de strijd. Dat duurt dan ongeveer drie dagen, daarna keren ze terug.”