Eis: 3,5 jaar celstraf voor NAVO-officier
Officier van justitie H. Dijkstra heeft dinsdag bij de rechtbank in Haarlem 3,5 jaar celstraf geëist tegen de 50-jarige NAVO-functionaris W. M. uit Brussel. Hij zou zich hebben schuldig gemaakt aan fraude en deelname aan een criminele organisatie.
Tegen twee medeverdachten, de 64-jarige P. F. uit Uithoorn en de 60-jarige W. van V. uit Nijmegen, eiste de officier 2,5 jaar cel.
De drie werden begin vorig jaar opgepakt nadat op de luchthaven Schiphol een vals stortingsbewijs uit Colombia voor 200 miljoen Amerikaanse dollar was onderschept. De beschuldiging van justitie was eerst dat M. en zijn medeverdachten dit bedrag hebben geprobeerd wit te wassen, maar de officier heeft voor deze aanklacht vrijspraak gevraagd omdat het enorme bedrag nooit boven water is gekomen.
Officier van justitie Dijkstra meent dat de verdachten op basis van valse waardepapieren geld wilden loskrijgen bij bedrijven en particulieren. Ze zouden daarmee eigen financieel gewin voor ogen hebben gehad. Was het project gelukt, dan had dat volgens de officier tientallen miljoenen euro’s kunnen opbrengen. Hij acht bewezen dat ze alle drie wisten dat het om vervalsingen ging. F. zou de vervalste papieren hebben geleverd met behulp van een Colombiaan.
De officier zag NAVO-functionaris M. als leidende figuur binnen de organisatie. Deze zou hebben bepaald wat er moest gebeuren en anderen hebben aangestuurd. M. zei tegen de rechtbank dat hij met volstrekt legale financiële transacties bezig is geweest. „Ik twijfelde niet aan de echtheid van het waardepapier, waarmee ik wilde handelen.” Ook ontkende hij dat hij was gewaarschuwd dat het papier vals was. „Dan zat ik hier nu niet.”
Volgens M. was hij van plan de opbrengsten van de transacties te investeren in Roemenië. Hij zou hebben gehandeld uit liefde voor dit land. Zijn directe baas bij de NAVO zou op de hoogte zijn geweest van het financiële project, hoewel het geen echte NAVO-activiteit betrof. „Dit vloeide voort uit mijn werk, maar was er geen onderdeel van.”
Ook de advocaat van M., P. Reitsma, benadrukte dat de man te goeder trouw heeft gehandeld.
De rechtbank doet 27 januari uitspraak.