Koopkracht stijgt gemiddeld 0,5 procent
DEN HAAG (ANP). De koopkracht van de gemiddelde Nederlander stijgt volgend jaar met 0,5 procent. Dat blijkt uit cijfers die officieel pas dinsdag bij Prinsjesdag bekend worden, maar vrijdag uitlekten bij RTL Nieuws. Goed ingewijde bronnen bevestigen de cijfers.
De stijging van 0,5 procent valt iets hoger uit dan waar de afgelopen weken rekening mee werd gehouden. Het gemiddelde kent wel flinke pieken en dalen van tussen de plus 10 procent en bijna minus 3 procent. Bij de ouderen (65plus) gaat 55 procent erop vooruit. De koopkracht van de Nederlander daalde de afgelopen jaren alleen maar.
Werkenden en uitkeringsgerechtigden gaan er gemiddeld 0,5 procent op vooruit, gepensioneerden blijven op nul. Tweeverdieners zien hun koopkracht met 0,25 procent stijgen en alleenstaanden met 0,5 procent. De koopkracht bij gezinnen met kinderen stijgt met 0,75 procent, die bij kinderloze gezinnen met 0,5 procent.
Mensen met een inkomen tot 2600 euro per maand gaan er gemiddeld een half procent op vooruit en mensen met een inkomen tussen 2600 en 5200 gaan er gemiddeld een kwart procent op vooruit. Inkomens boven de 5200 euro kunnen een plus van 0,75 procent tegemoet zien.
De Tweede Kamer heeft de begrotingsstukken vrijdagmiddag op een aantal speciaal beveiligde USB-sticks gekregen.
Donderdagavond lekten belangrijke nieuwe ramingen van het Centraal Planbureau (CPB) al uit. Het begrotingstekort komt volgend jaar uit op 2,2 procent van het bruto binnenlands product. Dat is lager dan de 2,7 procent dit jaar, maar ietsje hoger dan de CPB-raming van half augustus. Nederland voldoet daarmee overigens beide jaren, net als in 2013, ruim aan de Europese begrotingsnorm van een maximaal tekort van 3 procent.
De andere belangrijke cijfers zijn ongewijzigd ten opzichte van de raming van vorige maand: de werkloosheid daalt volgend jaar van 650.000 naar 605.000 mensen en de economische groei wordt geraamd op 1,25 procent.