De afname volgt op een periode van 5 maanden waarin het vertrouwen min of meer stabiel bleef. De toegenomen somberheid komt vooral doordat het pessimisme in de detailhandel en de industrie en onder consumenten toenam. Vooral in Italië en Duitsland wordt de toekomst nu aanmerkelijk minder zonnig ingezien dan in de voorgaande maanden.

De index waarmee de commissie het vertrouwen meet, zakte in augustus van 102,1 naar 100,6. Die daling was aanzienlijk sterker dan verwacht: economen voorspelden gemiddeld een afname tot 101,5. Een stand hoger dan 100 geeft aan dat het vertrouwen groter is dan het langjarig gemiddelde.

Ondanks de stevige daling is het vertrouwen in Duitsland nog relatief groot. In Italië zakte de graadmeter echter onder het langjarig gemiddelde. In Nederland nam het vertrouwen volgens Brussel ook af. De index daalde hier van 101,7 naar 100,9. In Frankrijk bleef het pessimisme onveranderd groot.