Europese navigatiesatellieten de lucht in
KOUROU (ANP). Europa is vrijdag verdergegaan met zijn grootste ruimtevaartproject. Vanuit Frans-Guyana werden twee nieuwe satellieten voor het eigen navigatienetwerk Galileo gelanceerd. De laatste sondes daarvoor waren in 2012 de ruimte ingegaan.
De komende jaren brengt Europa in totaal 30 satellieten in een baan rond de aarde. Die gaan op een hoogte van 23.222 kilometer draaien. De eerste vier werden in 2011 en 2012 gelanceerd. Vrijdag volgden satellieten vijf en zes.
De satellieten krijgen de namen van Europese kinderen. De sondes van vrijdag heten Doresa, naar een Duits meisje, en Milena (Estland). De Nederlandse sonde heet Tijmen, naar een jongen uit het Gelderse dorp Winssen. Het is nog niet bekend wanneer die wordt gelanceerd.
Galileo moet een alternatief worden voor het gps-netwerk van het Amerikaanse leger, dat overal wordt gebruikt. Galileo helpt straks niet alleen auto’s en schepen om van A naar B te komen. Reddingsdiensten kunnen de nauwkeurige gegevens gebruiken bij zoekacties, en legers bij aanvallen. In de verre toekomst moeten zelfs vliegtuigen veilig op de automatische piloot kunnen landen dankzij Galileo.
Op het project is echter veel kritiek. Het kost ruim 4 miljard euro om alle satellieten te bouwen en in een baan rond de aarde te brengen. Daarna kost de exploitatie ongeveer 800 miljoen euro per jaar. Tegenstanders vinden dat een verspilling van belastinggeld.
Nederland heeft onder meer de zonnepanelen van de satellieten gemaakt.