Economie

Rijscholen willen rem op prijzenslag

BUNNIK. Met tarieven van soms amper 19 euro per lesuur proberen prijsvechters in de rijschoolbranche het hoofd boven water te houden. Waar vijf jaar geleden nog 5000 rijscholen een redelijke boterham hadden aan de circa 200.000 aspirant-automobilisten per jaar, dingen nu al 8000 bedrijven met 15.000 instructeurs naar nieuwe klandizie.

Gerard den Elt
21 August 2014 15:00Gewijzigd op 15 November 2020 12:28
BUNNIK. Tot voor kort moedigde de overheid werkzoekenden aan om als rijinstructeur aan de slag te gaan. beeld ANP
BUNNIK. Tot voor kort moedigde de overheid werkzoekenden aan om als rijinstructeur aan de slag te gaan. beeld ANP

Brancheorganisaties zoals Bovag en FAM (Federatie Autorijschool Management) vrezen dat de kwaliteit van de opleidingen in deze prijzenslag geleidelijk achteruit zal gaan.

Een beroep op de overheid om beschermende maatregelen voor de beroepsgroep, zoals in de taxibranche, wordt voorlopig niet gehonoreerd. De overheid houdt vast aan de vrije markt, waarin gediplomeerde instructeurs met een apk-gekeurde auto en dubbele bediening van de ene op de andere dag kunnen beginnen met hun rijschool.

De duizend Bovagrijscholen, die circa de helft van de markt bedienen, hanteren daarom sinds deze zomer een eigen kwaliteitstoets om zich te onderscheiden van „cowboys en avonturiers.” De Bovagrijscholen moeten voldoende kredietwaardig zijn. Wanneer een rijschool omvalt, dekt het garantiefonds de schade voor consumenten. Ook moeten instructeurs een Verklaring Omtrent het Gedrag overleggen, alvorens ze bij een erkende rijschool aan de slag mogen. En de consument moet inzicht krijgen in de prestaties en beoordelingen van de aangesloten rijscholen.

„Er zijn steeds meer rijscholen die we als zodanig niet serieus kunnen nemen”, waarschuwt Bovagwoordvoerder Tom Huyskens. „Sommigen komen niet eens aan de negen examens per jaar.” Hij zegt dat de brancheorganisatie veel signalen krijgt van faillissementen en van leerlingen die na betaling van een rijlespakket hun geld kwijt zijn. „Vandaar dat we onze eigen eisen aan rijscholen hebben aangescherpt”, verduidelijkt Huyskens. „We willen voorkomen dat deze branche het afvoerputje van de arbeidsmarkt wordt.”

De afgelopen jaren zijn werkzoekenden aangemoedigd om als rijinstructeur aan de slag te gaan, mede omdat er rond 2005 een tekort aan instructeurs ontstond. In 2012 is dat beleid gestaakt.

Waarnemend FAM-voorzitter Ruud Rutten zegt dat onder de huidige marktomstandigheden steeds meer instructeurs worden gedwongen een bijbaantje te nemen. „Een collega van me in de buurt van Venlo gaat noodgedwongen twintig uur per week als veerman aan de slag omdat er te weinig werk is en de tarieven niet gezond zijn.”

Volgens de rijschoolhouder annex belangenbehartiger kent elk dorp tegenwoordig een paar rijscholen en wordt door nieuwe toetreders de spoeling steeds dunner. Rutten signaleert grote regionale prijsverschillen. „In Venlo liggen de tarieven rond de 44 euro, maar in Maastricht is de prijs onder de 40 euro gedoken.”

Hij hekelt prijsstunters die zich steeds nadrukkelijker met bodemtarieven en all-in-pakketprijzen op de markt begeven. „Iedereen snapt dat je voor 20 of 25 euro per lesuur geen auto met instructeur kunt laten rijden, maar het gebeurt. Laatst sprak ik een collega die zei niet geïnteresseerd te zijn in een slagingspercentage van 65 procent. Aan drie herexamens verdiende hij meer.”

Aan de slagingspercentages bij het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen vallen de gevolgen van de prijzenslag vooralsnog niet af te lezen. Het gemiddeld percentage voor het gewone rijbewijs B lag in 2012 op 50,1 procent, vorig jaar op 48,8. „Het schommelt al jaren rond de 50 procent”, zegt Nathalie Dingeldein van het CBR.

Het aantal rijscholen is volgens haar voor het CBR niet zo interessant. „Wij kijken of examenkandidaten zich goed hebben voorbereid. En daar zien wij de laatste jaren grote kwaliteitsverschillen in. Dus wij herkennen het beeld van de brancheorganisaties zeker.”

Nieuwssite nu.nl becijferde op basis van CBR-gegevens dit voorjaar dat slechts 37,1 procent van de examenkandidaten in 2013 slaagde tijdens de eerste afrij­poging. Inwoners van de Randstad scoren het slechtst. Bij rijscholen met ervaren instructeurs ligt het slagingspercentage met 49,4 net iets boven het landelijk gemiddelde. Beginnende rijschoolhouders scoren juist minder goed.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer