Ploumen: bodem potje noodhulp in zicht
DEN HAAG (ANP). De bodem van het potje geld dat Nederland beschikbaar heeft voor noodhulp komt in zicht. Er zitten nog wel „ettelijke miljoenen” in maar door zeker vier grote humanitaire crises in de wereld is dit jaar al veel uitgegeven. Dat zei minister Lilianne Ploumen van Ontwikkelingssamenwerking vrijdag voorafgaand aan het eerste kabinetsberaad sinds het zomerreces.
Ze wees op de crisis in Zuid-Sudan, de Centraal Afrikaanse Republiek (CAR) en in Syrië. „Allemaal nog niet opgelost en er is met Noord-Irak weer een ernstige crisis bijgekomen”, aldus de minister. Er zijn volgens haar meer dan 1 miljoen mensen op drift en ze verplaatsen zich steeds door de onveilige situatie. „Hun situatie is erbarmelijk en over enkele weken wordt het al kouder ’s nachts.”
Ploumen wil dat er effectief en efficiënt hulp wordt verleend. „We moeten geen dingen dubbel doen, maar ook geen mensen vergeten.” Nederland levert komend weekend voedsel, water en dekens aan de bedreigde yezidi’s. Ze sluit niet uit dat er nog meer bijdragen volgen. Ploumen is in overleg met collega’s uit andere landen, de Verenigde Naties en het Rode Kruis om af te spreken wie wat kan doen. „De nood is hoog en gelukkig zien we dat veel landen bijspringen.”
Ze ziet vooralsnog geen mogelijkheden dat er bijgestort wordt in het potje. „De situatie wordt van dag tot dag en van week tot week bekeken.” Volgende week begint het kabinet de begrotingsbesprekingen voor het komende jaar. „Dan gaan we alles op een rijtje zetten.”