Dat meldden wetenschappers van de Hebreeuwse Universiteit in Jeruzalem deze week in het vakblad Geology.

Sinds de verwoesting van de tempel in 70 na Christus rest alleen nog de westelijke steunmuur van de Tempelberg, de bekende Klaagmuur. In de muur laten veel grote steenblokken aanzienlijke schade als gevolg van het weer zien, terwijl andere goed bewaard bleven. Onderzoek met behulp van lasertechniek wijst volgens de wetenschappers uit dat de houwers destijds uit verschillende groeven stenen aanleverden: de stenen van mindere kwaliteit komen uit een steengroeve ten noorden van Jeruzalem die hoger lag dan de stad, wat het transport vergemakkelijkte.