KNMI: Extreme regenval door warmer klimaat
DE BILT. De extreme regenval van maandag kan te maken hebben met klimaatverandering, aldus Bart van den Hurk, klimaatdeskundige van het KNMI, dinsdagmiddag.
„Het wordt onmiskenbaar warmer, zo blijkt uit ons rapport ”Klimaatscenario’s voor Nederland 2014”. Warmere lucht kan meer waterdamp bevatten. Er kan dus ook meer uit regenen”, legt Van den Hurk uit.
Er clusterde echter ook een aantal buien bij elkaar, waardoor een regenfront ontstond. „Je zou dat een kwestie van toeval kunnen noemen. Grofweg regenden de buien leeg op de lijn Amsterdam-Nijmegen.”
Volgens de klimaatdeskundige zijn dergelijke buien ook mogelijk in een kouder klimaat. „Maar de kans dat ze daarin ontstaan en zo extreem veel neerslag veroorzaken, is veel kleiner dan in een warmer klimaat.”
De afgelopen dagen hadden we te maken met een uitzonderlijke situatie, aldus Van den Hurk. „Zeker op plaatsen waar buien lang boven min of meer dezelfde plek bleven hangen.”
Volgens Van den Hurk is het record uit 2011 –79 millimeter per uur in Herwijnen– wellicht gebroken, „of we zijn er dichtbij in de buurt gekomen.” Harry Geurts van het KNMI bevestigde deze inschatting dinsdag later op de middag. „In Deelen, bij Arnhem, is in één uur 76 millimeter naar beneden gekomen. En dat is best extreem.” Er viel bij Elspeet 102 millimeter in één etmaal en bij Deelen zelfs 132 millimeter.
Polders
Al voor de zomer aanbreekt, bereidt het Waterschap Vallei en Veluwe zich voor op extreme neerslag, aldus Tanja Klip-Martin, dijkgraaf van het waterschap, dinsdagmiddag. „Alle sloten en beken zijn gemaaid, zodat het water de ruimte heeft om weg te stromen. En in de polders draaien de gemalen.”
Komt er een regenpiek, dan is het waterschap daar klaar voor, verzekert de dijkgraaf. „We zetten extra bemaling in. Het water voert dan echter ook veel vuil, takken, zand en blad mee. Sloten en watergangen kunnen worden geblokkeerd door ingezakte oevers of een omgevallen boom. Die ruimen we zo snel mogelijk op. We moeten er alert op zijn dat deze rommel het gemaal niet blokkeert.”
Dat de overvloedige neerslag maandag op verschillende plaatsen alsnog voor flinke wateroverlast zorgde, ligt vooral aan de riolen, die niet zijn gebouwd op grote pieken in de waterafvoer, aldus Klip. „Er kan dan simpelweg geen regenwater meer bij, zodat het riool overstroomt.”
Via riooloverstorten en rioolzuiveringsinstallaties komt onvolledig gezuiverd water in sloten en beken terecht. Gevaarlijk voor de volksgezondheid is dit volgens haar niet. Klip: „Ik zou er niet paniekerig over doen. Het rioolwater is al sterk verdund door de enorme hoeveelheid regenwater. Wel kunnen vissen doodgaan door zuurstofgebrek. In dat geval werken we samen met hengelsportverenigingen om dode vissen uit het water te verwijderen.”
Volgens de dijkgraaf is het zeer kostbaar om bij het ontwerp van riolen en rioolwaterzuiveringsinstallaties rekening te houden met uitzonderlijke hoeveelheden water die ze te verwerken zouden kunnen krijgen. „We moeten volgens de klimaatmodellen rekening houden met langere perioden van droogte en hevige stortbuien. Als we zouden bouwen met het oog op die pieken, benutten we de capaciteit het grootste deel van het jaar niet.”
Het waterschap houdt zich actief bezig met de problemen die klimaatverandering meebrengt. Niet alleen grootschalig. Ook worden waar nodig sloten verdiept en kleine duikers vervangen door grotere.
Nieuwbouwwijk
Ook is het waterschap voortdurend in gesprek met groeigemeenten zoals Veenendaal en Barneveld. „In nieuwbouwwijken kunnen rioolwater en regenwater bijvoorbeeld gescheiden worden opgevangen. Het voordeel is dat het afvalwater zo geconcentreerd mogelijk aankomt bij de zuiveringsinstallatie, terwijl pieken in de aanvoer van rioolwater worden vermeden.”
Overlast door overvloedige neerslag in de bebouwde kom wordt vooral veroorzaakt door het vele verharde oppervlak, weet Klip. „Het water kan daar niet in wegzakken, maar blijft staan. Wij zeggen dan ook: meer bouwen, betekent dat er meer wateropvangcapaciteit nodig is. Wateroverlast kan worden vermeden door wadi’s of vijvers aan te leggen, die het overtollige water tijdelijk kunnen opgevangen. Om die reden doorstaan jonge, waterbestendig aangelegde wijken extreme neerslag vaak gemakkelijker dan oude wijken.”
Overlast door onweersbuien
In het Utrechtse dorp Kockengen werd dinsdagmiddag nog een extra noodpomp geplaatst. Dat is volgens het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden nodig omdat het waterpeil in het ondergelopen dorp maar heel langzaam zakt. De gemeente zegt te begrijpen dat de inwoners „moedeloos” worden van de wateroverlast, maar wijst er ook op dat Nederland niet is ingesteld op extreme buien, die steeds vaker voorkomen.
In het Gelderse Rheden zijn maandag door de extreme regenval zeker honderd graven verzakt op begraafplaats Heiderust. De gemeente is dinsdag begonnen aan herstel van de verzakkingen en geeft dat de hoogste prioriteit.
In Roermond veranderde scoutingkamp Nawaka gistermiddag door hevig onweer in een modderbad. Ook liepen talloze kelders en garages in Roermond onder water.
Van den Hurk: Klimaatverandering zet door
Buien zijn de laatste zestig jaar heftiger geworden, aldus Bart van den Hurk, klimaatdeskundige van het KNMI, dinsdag. „In 1950 kwamen ze echt minder vaak voor. Zeker extreme buien zoals die van maandag waren toen veel zeldzamer.”
Het KNMI publiceerde in mei de ”Klimaatscenario’s voor Nederland 2014.” Uit berekeningen daarin concludeert Van den Hurk dat de gemiddelde temperatuur zal stijgen en dat de kans op extreme buien toeneemt. „De trend zet door.”
Nederland heeft jarenlange ervaring met wateroverlast, vervolgt de klimaatdeskundige. „We bereiden ons daar voortdurend op voor. Anders bestond ons land allang niet meer. Ons land moet voortdurend worden beschermd tegen hoge waterstanden en overstromingen.”
Een verschil met vroeger is dat er nu vooruitgekeken kan worden met klimaatscenario’s. „Welke we ook nemen, we moeten absoluut rekening houden met klimaatverandering.”
Het is volgens Van den Hurk echter ondoenlijk om alle mogelijke scenario’s door te rekenen. „We kunnen dus nog steeds voor unieke situaties komen te staan, waarop we niet voorbereid zijn.”
Het beschermingsniveau in Nederland ligt volgens hem uitzonderlijk hoog. „Daarin zijn we als land uniek in de wereld. Natuurlijk kan het altijd een tandje meer.”