De mythe van het ongetrouwd blijven
Titel:
”Alleengaand. Een nieuwe kijk op ongetrouwd zijn”
Auteur: Albert Y. Hsu
Uitgeverij: Medema/Telos, Vaassen, 2003
ISBN 90 6353 401 9
Pagina’s: 272
Prijs: € 16,95. De gave van het ongehuwd zijn is een omschrijving van iemands feitelijke status op een bepaald moment. Niet een roeping voor het leven. Wanneer je alleengaand bent, heb je de gave van het alleengaand zijn. Wanneer je getrouwd bent, dan heb je die gave niet. Zodra je gaat trouwen, wissel je de gave om ongehuwd te zijn in voor de gave om gehuwd te zijn. Beide gaven zijn goed. Zo simpel ligt het.
Op bovenstaande wijze rekent de in Amerika woonachtige auteur Albert Y. Hsu (spreek uit: sjie) in zijn boek ”Alleengaand. Een nieuwe kijk op ongetrouwd zijn” af met wat hij noemt „de traditionele mythe” van het ongehuwd zijn.
Die mythe bestaat hierin dat er een zogenaamde bovennatuurlijke genadegave zou bestaan om ongetrouwd te blijven. Die visie houdt veel ongehuwden gebonden aan een bepaalde goddelijke roeping en gave die niet bestaat en die ze ook bij zichzelf niet ervaren.
Sommige alleengaanden ervaren weliswaar vrede en evenwicht in hun alleen gaan. Maar dat is zeker niet toe te schrijven aan het bestaan van een bovennatuurlijke genadegave. Immers, andere ongehuwden zouden juist graag getrouwd zijn. Door de gave van het ongehuwd zijn als speciale gave te proclameren, wordt nodeloos een aantal problemen instandgehouden, aldus Hsu. Het kan door een alleengaande zelfs als pijnlijk en beledigend worden ervaren, wanneer die zelf niets ervaart van een dergelijke speciale gave van onthouding en alleen gaan. De realiteit van de (seksuele) verleiding wordt in deze visie onderschat. Alsof men daar door deze bijzondere gave tegen automatisch bestand zou zijn.
En 1 Korinthe 7:7 dan, waar Paulus wel degelijk schrijft dat ieder zijn eigen gave (charisma) heeft? Hsu pleit ervoor deze gave van gehuwd of ongehuwd zijn niet te rangschikken onder de genadegaven zoals de Heilige Geest die uitdeelt, waarvan onder andere melding gemaakt wordt in 1 Korinthe 12. Deze zijn functioneel van karakter en omschrijven een speciale taak of bediening. Ongehuwd zijn en het huwelijk zijn te zien als niet-functionele, maar meer objectieve gaven, zoals het eeuwige leven ook een gave wordt genoemd. Door de dingen aldus op formule te brengen, komt er niet alleen meer openheid naar de toekomst toe voor een ongehuwde, maar wordt ook de beleving van het alleen gaan reëler omschreven.
Hsu pleit ervoor het huwelijk en het alleen gaan te beschouwen als gelijkwaardige gaven van God. Niet het minst met betrekking tot de inzet binnen het Koninkrijk van God. Getrouwd of ongetrouwd zijn maakt je bijvoorbeeld op zich niet geschikter om het woord te prediken of om bijbelles te geven en vormt daarvoor ook geen barrière.
Bevrijdend
De visie van Hsu kan bevrijdend werken voor degenen die zich gevangen weten in hun gave van ongehuwd zijn. Door het permanente karakter van deze gave te doorbreken, kunnen levens creatief en geestelijk openbloeien naar de toekomst, ook op relationeel gebied. Het kan passend zijn om de gave van het alleen gaan in te ruilen voor die van het huwelijk. (Niet andersom!) Hiervoor wordt bruikbare, praktische instructie aangereikt. Paulus geeft ook, volgens Hsu, nergens aanleiding tot de gedachte dat het huwelijk normaal is en het celibaat iets speciaals, al heeft het laatste zijn persoonlijke voorkeur.
De schrijver benadrukt de gelijkwaardigheid tussen beide gaven. Van daaruit wordt een andere hoofdlijn in het boek gevormd door de gedachte dat je juist niet per se hoeft te trouwen. Alleen gaan kan ook echt je gave zijn voor dit leven.
Naast de uitwerking van deze thema’s geeft Hsu ook een beknopte geschiedschrijving van de alleengaande, vanaf het Oude en Nieuw Testament via Vroege Kerk en Rome-Reformatie tot de moderne tijd. Omdat het boek voor alles een ”praktische theologie” voor alleengaanden wil zijn, wordt breed ingegaan op zijn/haar concrete problematiek. Wat betekent het om alleengaand te zijn en hoe moet het leven van een alleengaande eruit zien? Daarbij komen kwesties aan bod als Gods wil voor ons leven, eenzaamheid en gemeenschap, verleidingen voor alleengaanden, maar ook de kansen en vrijheden die een alleengaande heeft uitdrukkelijk.
Hsu heeft veel ervaring in het werken met groepen alleengaanden, zij het in een Amerikaanse context. Ook heeft hij zich uitstekend ingelezen in zijn thema en verantwoordt hij zijn bronnen overzichtelijk. Hij sluit af met een boeiend interview met de bekende theoloog dr. John Stott, waarin de boodschap van het boek nog eens aansprekend wordt samengevat. Stott publiceerde vele christelijke boeken en is zelf levenslang vrijgezel geweest.
Ontmoetingskring
Een groeiend aantal alleengaanden bevolkt niet alleen onze maatschappij, maar ook onze christelijke gemeenten. Een groep waarvoor doorgaans weinig aandacht is. Dit boek bezint zich op hun problematiek en komt met concrete handreikingen. De studie laat de lezer fris aankijken tegen getrouwd en ongetrouwd zijn in christelijk perspectief. Door de toegevoegde gespreksvragen is zij uitstekend geschikt voor bespreking in een studie- en ontmoetingskring voor alleengaanden binnen kerkelijke gemeenten, voor de oprichting waarvan dit geschrift terecht een warm pleidooi voert.