Aalbersberg wil dinsdag nieuwe poging wagen
KIEV (ANP). De Nederlandse en Australische experts in Oekraïne zullen dinsdag opnieuw proberen de rampplek van MH17 te bereiken, indien de veiligheidssituatie dat toelaat. De inschatting daarvoor wordt dinsdagmorgen gemaakt, liet het hoofd van de repatriëringsmissie Pieter-Jaap Aalbersberg in een persconferentie weten.
Het team van 38 Nederlanders en 11 Australiërs ging maandagmorgen voor de tweede keer op pad om het rampgebied te bereiken, maar moest die poging net als zaterdag staken. Ze maakten rechtsomkeert omdat er „in de nabijheid van Shakhtarsk werd geschoten”, aldus Aalbersberg. „Daarop is in overleg met de OVSE besloten terug te keren naar Donetsk.” De experts willen het gebied verkennen en zoeken naar stoffelijke resten en persoonlijke bezittingen van slachtoffers.
Ondertussen wordt ook op andere fronten doorgewerkt, benadrukt Aalbersberg. „Samen met Australiërs worden continu mensen en materieel ingevlogen om deze operatie zo goed en zo zorgvuldig mogelijk te laten verlopen.” In Donetsk wordt een operationeel centrum opgezet. Verder worden zoekplannen opgesteld en voorbereid, maar daarvoor is ook een eerste verkenning op de rampplek nodig.
Als de experts ter plaatse stoffelijke overschotten vinden, worden die meteen geborgen. „We gebruiken hiervoor een koelwagon die staat in de buurt van Torez. Mocht die door omstandigheden niet bereikbaar zijn, dan zorgen we voor alternatief vervoer. We laten geen stoffelijke overschotten achter.”
In Torez staat ook een trein met spullen van slachtoffers. Aalbersberg bekijkt of die voor de experts bereikbaar is „zodat we deze zo snel mogelijk in beweging kunnen krijgen”.
Het hoofd van de missie is „zeer teleurgesteld” dat de LTFO’ers en marechaussees de rampplek tot twee keer toe niet hebben bereikt. „De collega’s in Donetsk zijn zeer gedreven en gemotiveerd om naar de crash site te gaan. Ze zijn met spoed uit Nederland gekomen voor deze missie. Het is voor hen frustrerend om langdurig blijven te wachten tot ze aan de slag kunnen.”