Wegennet slibt dicht in Suriname
Wie met zijn auto aan het verkeer wil deelnemen in de Surinaamse hoofdstad Paramaribo, staat vooral in de file. Reden in 2002 ’slechts’ 140.000 auto’s rond, eind vorig jaar waren dat er al ruim 200.000. Het wegennet is hier echter totaal niet op berekend, zo constateert ook inspecteur John Jones van de verkeerspolitie.
Dagelijks komen er zo’n zeventig auto’s op de weg bij. Het wagenpark kan in heel Suriname gebruikmaken van 1100 kilometer aan geasfalteerde wegen, waarvan ruim een kwart te vinden is in en rond Paramaribo, waar meer dan driekwart van de autobezitters woont. Bovendien verkeert een groot deel van het wegennet in een zeer slechte staat.
De drukte op de wegen vertaalt zich naar het aantal verkeersongelukken. In 2003 werden ruim 3000 ongelukken geregistreerd, 10 procent meer dan in 2002. Bij deze ongelukken vielen in totaal 62 doden, onder wie vijf fietsers en vier voetgangers. Volgens Jones zijn veel ongelukken te wijten aan onverantwoord rijgedrag. „Doordat het verkeer vaak vastloopt worden mensen ongeduldig en zelfs agressief, met alle gevolgen van dien.”
De gevaarlijkste ’brandweg’, zoals Jones dit noemt, is de Indira Gandhiweg, die Paramaribo met het stadje Lelydorp en de luchthaven Zanderij verbindt. Daar vielen in totaal tien doden. De kustweg die het oosten met het westen verbindt staat op een tweede plaats met zes doden. De meeste doden vielen in Paramaribo (22), op de voet gevolgd door het district Wanica (18), waar de Indira Gandhiweg voor een groot deel doorheen loopt. Volgens Jones is er maar één oplossing om de intensiviteit van het verkeer te doen afnemen. „Mensen die in een straal van 3 kilometer van hun werkplek zitten, moeten overwegen de fiets te pakken.”