Als kind maakte Maazel al indruk. Zo zeer dat hij al zijn negende het grote Los Angeles Symphony Orchestra mocht dirigeren, aan de zijde van Leopold Stokowski. In 1942 stond de piepjonge Maazel voor het eerst op de bok bij het New York Philharmonic Orchestra.

De op 6 maart 1930 in het Franse Neuilly-sur-Seine geboren Amerikaan studeerde tussen 1946 en 1950 orkestdirectie, wiskunde, taalkunde en filosofie aan de universiteit van Pittsburgh. Hij was in die periode violist en hulpdirigent bij het Pittsburgh Symphony Orchestra.

In 1960 trad Maazel op tijdens het beroemde operafestival in Bayreuth. Hij was de jongste dirigent ooit die deze eer te beurt viel, en de eerste Amerikaan. Daarna dirigeerde hij talloze beroemde orkesten tijdens duizenden concerten en opnamen. Hij was de eerste die volledige opnames maakte van Romeo and Juliet van Sergei Prokofjev en Porgy and Bess van George Gershwin.

Maazel werd in 1972 chef-dirigent van het Cleveland Orchestra. In 1982 vertrok hij naar Oostenrijk, waar hij tot 1984 artistiek leider was van de Weense Staatsopera. In 1988 keerde Maazel terug naar de stad waar hij had gestudeerd. Hij werd benoemd tot chef-dirigent van het Pittsburg Symphony Orchestra. Ook leidde hij tussen 1993 en 2002 het Symfonieorkest van de Beierse Radio in Duitsland, voordat hij Kurt Masur opvolgde als artistiek leider van het New York Philharmonic Orchestra.

In Nederland was Maazel in 2006 te bewonderen in Amsterdam met het Koninklijk Concertgebouworkest. Hij dirigeerde de Nederlandse première van de door hem zelf gemaakte selectie van instrumentale gedeelten uit de 15 uur durende operacyclus Der Ring des Nibelungen van Richard Wagner.

Naast zijn bezigheden als dirigent en violist, was Maazel ook componist. Zijn opera ‘1984’ naar het gelijknamige boek van George Orwel ging in 2005 in première.