De ontmoeting duurt 2 dagen en is op initiatief van de Wereld Gezondheidsorganisatie (WHO) die woensdag verklaarde dat er „drastische maatregelen” nodig zijn om verdere verspreiding van het virus te voorkomen.

Tot nu toe zijn 763 mensen besmet geraakt, aldus de WHO dinsdag. Van hen zijn er 467 overleden. Dat is 68 meer dan een week daarvoor. Guinee, waar de eerste besmettingen waren, is het zwaarst getroffen, maar ook in Sierra Leone en Liberia grijpt de ziekte om zich heen. Het gaat om de ernstigste ebola-uitbraak ooit.

In tegenstelling tot eerdere berichten is het Rode Kruis niet gestopt met de bestrijding van ebola in het zuidoosten van Guinee. De chef operaties van de organisatie in het land bevestigde wel dat met messen gewapende mensen dinsdag in de plaats Gueckedou een voertuig van het Rode Kruis omsingelden en de inzittenden bedreigden. Maar het werk ging daarna door.

„Het is niet de eerste keer dat we een dergelijk incident hebben en het zal niet de laatste keer zijn”, zei Aliou Boly woensdag. „In tegenstelling tot berichten in de media zijn we niet gestopt. We hebben met de mensen gesproken om de situatie op te lossen.”

Het was wel het zoveelste geweldincident tegen artsen, verpleegkundigen en andere werkers in de gezondheidszorg in het West-Afrikaanse land. In het gebied hebben verhalen de ronde gedaan dat gezondheidswerkers een complot tegen de bevolking beramen en dat mensen niet meer uit het ziekenhuis terugkomen. Ook worden hulporganisaties ervan beschuldigd dat zij de ziekte het land hebben ingebracht. Twee maanden geleden vielen jongeren in Macenta, niet ver van Gueckedou, een centrum van Artsen zonder Grenzen aan.