Europees Parlement begint zonder beëdiging
APELDOORN. Het Europees Parlement houdt dinsdag in Straatsburg zijn eerste zitting in de termijn 2014-2019. De dames en heren politici begonnen vanochtend direct met de verkiezingen van de voorzitter.
De beëdiging van gekozen afgevaardigden in raden en kamers binnen Nederland mogen altijd op veel belangstelling rekenen. Zo’n moment bestaat in het Europees Parlement, dat vaak klaagt over gebrek aan spontane belangstelling, echter niet.
Wordt het Parlement dan niet beëdigd?
Nee. De Europese Unie is ook geen staat met een grondwet waaraan de nieuwe leden trouw kunnen zweren. Ze heeft ook geen koning(in) aan wie de vers gekozen EP’ers aanhankelijkheid kunnen betuigen.
Het Europees Parlement is een democratisch instituut, waarvan de verkiezing ook door de Kiesraad (of een vergelijkbare instelling in de 27 andere EU-lidstaten) wordt begeleid. Maar het is geen staatsinstelling.
Hoe gaat de benoeming van het EP dan in haar werk?
Na de verkiezingen stuurt de Kiesraad alle gekozenen een formulier met allerlei vragen. Dat gaat vooral over formele vereisten, bijvoorbeeld of de persoon geen functies bekleedt die onverenigbaar zijn met het lidmaatschap van het Europees Parlement. Een minister mag bijvoorbeeld niet tegelijk in het EP zitten.
Een andere vraag is of de aanstaande leden helemaal onafhankelijk zijn en geen toezeggingen hebben gedaan in ruil om gekozen te worden. In vaktaal zijn dit de geloofsbrieven.
De vraag of de gekozen kandidaat een strafblad heeft, wordt echter niet gesteld. Het is aan de politieke partijen om te besluiten zulke mensen te kandideren. Mensen met een strafblad hebben in beginsel alle burgerrechten, waaronder het zogeheten passieve kiesrecht om te worden gekozen.
Geldt voor alle Europese functies dat ze zonder beëdiging worden aanvaard?
Nee. De leden van de Europese Commissie leggen wel een eed (of belofte) af. Dat doen zij voor het Europees Hof van Justitie in Luxemburg.
Ook zij zweren geen trouw aan een niet-bestaande grondwet. Ze beloven echter de Europese verdragen en regels te respecteren en binnen de kaders daarvan hun werk te doen.