Europa is volgens de Florentijn „het oord waar hoop mogelijk is”. Europeanen moeten tegen hun kinderen zeggen: „Wij zijn de Erasmus-generatie!”, naar de Nederlandse filosoof die tot de grootsten van de Europese cultuur wordt gerekend.

Renzi herinnert aan „die generatie die op de naoorloogse puinhopen iets nieuws wilde bouwen”. Italië behoorde na de Tweede Wereldoorlog - naast Nederland, West-Duitsland, België, Frankrijk en Luxemburg - tot de oprichters van de EGKS, de basis van de Europese Unie.

Op 2 juli presenteert Renzi in het Europees Parlement in Straatsburg zijn programma voor het EU-voorzitterschap. Volgens staatssecretaris Sandro Gozi van Europese zaken is het belangrijkste beleidsvoornemen om het harde bezuinigingsbeleid van de unie om te buigen. Er moet meer aandacht komen voor economische groei en werkgelegenheid. Daarvoor zijn meer investeringen nodig. Zo’n beleid moet Europa dichter bij de mensen brengen, wat na de populistische overwinning bij de Europese parlementsverkiezingen hard nodig lijkt te zijn. De burgers moeten merken dat de EU nuttig voor hen is. De unie is er niet alleen voor de financiële sector.

Daarnaast wil Italië tijdens zijn EU-voorzitterschap werken aan het gemeenschappelijke immigratiebeleid. Het Zuid-Europese land voelt zich in de steek gelaten door de Europese partners. Het aantal bootvluchtelingen dat via de Middellandse Zee aan de Italiaanse kust EU-gebied probeert te bereiken, zal dit jaar mogelijk oplopen tot boven de 100.000.