DEN HAAG (ANP). De PvdA is niet van plan zich sterk te maken voor andere regels voor het kinderpardon, waar een groot deel van de oppositie op aandringt. PvdA-Tweede Kamerlid Jeroen Recourt zei dat woensdag na een betoging in Den Haag voor een „eerlijk kinderpardon”. Hij nam daar samen met zijn collega’s van de SP, GroenLinks, ChristenUnie en de Partij voor de Dieren petities en tienduizenden handtekeningen in ontvangst die daartoe oproepen.
Ongeveer 150 mensen waren op het Plein voor de Tweede Kamer bijeen om te pleiten voor een „eerlijk kinderpardon”. Onder hen waren kinderen die volgens de organisatie ten onrechte buiten het kinderpardon vallen en hun medescholieren.
Het kabinet besloot in 2012 tot een kinderpardon. De kinderen van (uitgeprocedeerde) asielzoekers die langer dan 5 jaar in Nederland wonen, hier zijn geworteld en aan bepaalde criteria voldoen, kunnen alsnog een verblijfsvergunning krijgen. Dankzij de regeling mochten tot dusver bijna 700 kinderen en hun bijna 800 gezinsleden hier blijven. GroenLinks en de andere linkse oppositie willen dat 25 in plaats van 21 jaar het criterium wordt en dat ook gemeentelijk toezicht eronder valt. Het gaat volgens hen om 600 kinderen. Staatssecretaris Fred Teeven (Justitie) voelt niets voor een verruiming.
De PvdA is er nog steeds trots op dat het kinderpardon er is gekomen en voelt zich gebonden aan de afspraken met coalitiegenoot VVD. „Een coalitie doe je niet alleen”, zei Recourt, die niet echt hartelijk werd ontvangen door het publiek. Hij wijst erop dat de staatssecretaris goed moet kijken naar de grensgevallen.
Een van de afgewezen kinderen is de 8-jarige Li, een geboren en getogen Utrechter. Een pardon kregen hij en zijn gezin niet. Ze waren te lang niet onder toezicht van de Rijksoverheid. Maar volgens Li’s dossier raakten de jongen en zijn gezin juist uit beeld, doordat ze door de overheid uit de asielopvang werden gezet. Ze waren wel in beeld van de gemeente.
Eerder riepen meer dan 300 burgemeesters het kabinet op „opnieuw te kijken naar de afgewezen aanvragen”. De demonstratie was georganiseerd door onder meer Defence for Children en VluchtelingenWerk Nederland.