Deputaten OGGiN roepen jongens op leerkracht te worden
BARNEVELD (RD). De deputaten onderwijszaken van de Oud Gereformeerde Gemeenten in Nederland (OGGiN) roepen „met name de jongens en jonge mannen uit de gemeenten” op om „serieus na te denken” over een baan in het onderwijs.
„Beste jongelui”, zo beginnen zij hun oproep in het jongste nummer van het Kerkblad van de OGGiN. „Misschien heb je dit jaar examen gedaan en ben je er nog niet uit welke opleiding je wilt gaan volgen. Ook kan het zijn dat je het volgende cursusjaar examen hoopt af te leggen. Je denkt na over de toekomst en een vervolgopleiding. Heb je er ook over nagedacht om in het onderwijs te gaan werken?”
„We hebben in ons land het voorrecht om reformatorisch onderwijs te bieden”, vervolgen de deputaten. „Wat is het dan belangrijk dat ook vanuit onze gemeenten jongens en meisjes de keuze maken om in het onderwijs aan de slag te gaan.”
Al langer evenwel is op basisscholen de trend waarneembaar dat „de juffen het grootste deel van het personeelsbestand” uitmaken, constateren zij, „terwijl er maar één of enkele meesters op school werkzaam zijn. Nu is het fijn, zeker voor de lagere groepen, dat vrouwelijke leerkrachten zich inzetten voor de scholen. Echter, voor het pedagogisch klimaat is het van belang dat de verdeling tussen mannelijke en vrouwelijke leerkrachten meer in evenwicht is.”
In hun schrijven maken de deputaten een vergelijking met het gezin. „Zoals in het gezin een vader en een moeder onmisbaar zijn, zo is dit ook in het onderwijs nodig. Als deputaatschap Onderwijszaken roepen we meisjes, maar gezien de huidige situatie met name de jongens en jonge mannen uit de gemeenten op om serieus na te denken over een functie in het onderwijs. Het onderwijzen van kinderen, op grond van en vanuit Gods Woord, is een niet genoeg te waarderen voorrecht.”
Lees ook:
Commentaar: Meer meesters nodig
Mannen doen ertoe in het basisonderwijs