Scheiding
Het gebeurt vaak in het maatschappelijk debat: een uitgangspunt wordt zo innig omhelsd door redelijke, weldenkende mensen, dat argumenten niet meer nodig lijken. „Integratie met behoud van identiteit” van allochtonen was er zo een, aldus Drs. O. M. van der Tang
. „Integratie met behoud van identiteit” van allochtonen was er zo een. Dit leek een dusdanig menswaardig uitgangpunt dat we er verder niet meer over hoefden na te denken. Of we nu progressief waren of conservatief - integratie met behoud van identiteit was ons beschaafde motto. Totdat bleek dat we de identiteit van allochtonen helemaal niet kenden, en dat hun moraal zo ver van ons af stond dat integratie onmogelijk was.
Scholen
De laatste tijd duikt er weer zo’n ’redelijk’ uitgangspunt op. Het luidt: „Bijzonder onderwijs is strijdig met de scheiding tussen kerk en staat.” Ook nu vormen de allochtonen de directe aanleiding voor de stelling. Moslimscholen zijn niet bevorderlijk voor de integratie. Maar om nu alleen moslimscholen te verbieden, dat riekt net iets te veel naar discriminatie op grond van godsdienst. En dat mag niet volgens artikel 1 van de Grondwet. Daarom wordt het bezwaar tegen moslimscholen op een nette manier verpakt in een aloud liberaal beginsel: de scheiding tussen kerk en staat. Bijzonder onderwijs zou die scheiding tussen kerk en staat tenietdoen. Het is duidelijk dat dit bezwaar dan opeens ook het christelijke onderwijs geldt.
Hoezo eigenlijk? Waarom zou bijzonder onderwijs haaks staan op de scheiding tussen kerk en staat? Enkele overwegingen bij deze redenering:
De scheiding tussen kerk en staat betreft de organisáties. Er is geen christelijk politicus in Nederland die pleit voor een samenvoeging van kerk en staat, ook SGP’ers niet. Kerk en staat hebben onderscheiden verantwoordelijkheden en moeten als zodanig gescheiden blijven. Er is in Nederland geen politieke partij die het daarmee oneens is. Als er een uitzondering op deze regel is, is het de bestuurder van Vaticaanstad, die op een bedenkelijke wijze wereldlijke en kerkelijke macht vermengt.
Wat men waarschijnlijk bedoelt met scheiding van kerk en staat, is scheiding van lévensbeschouwing en staat. Dat is iets heel anders. Hierbij gaat het over ideeën, niet over organisaties.
Hebben de moderne liberalen hier niet een punt? Zou de overheid niet neutraal moeten zijn op het gebied van levensbeschouwing? Het antwoord is: Neen. De overheid kán helemaal niet neutraal zijn. Zij wordt in Nederland immers gevormd door een politieke meerderheid, die weer bestaat uit verschillende partijen, met verschillende levensbeschouwingen. Deze meerderheid bepaalt wat in Nederland mag en wat niet mag, en dat wordt vastgelegd in wetgeving. We kunnen dat wel neutraal noemen, maar dat is volksverlakkerij.
Vertrapt
3. Maar, zeggen moderne liberalen, de overheid mag zich niet met religie inlaten. En ook het, door de overheid betaalde, onderwijs moet zich daar verre van houden. Zoals Max Pam schreef in NRC Handelsblad (aangehaald in het RD): „Wat ouders hun kinderen thuis leren moeten ze zelf weten, maar het zou een van de universele rechten van het kind moeten zijn dat het op school niet wordt lastiggevallen met ideologische of religieuze indoctrinatie. Al meer dan een eeuw wordt in Nederland dat recht van het kind vertrapt door de confessionelen.”
Zij die zo redeneren zien één ding over het hoofd: Het uitgangspunt dat God niet bestaat en dat religie dus irrelevant is voor het publieke domein en het onderwijs, is een negatieve geloofskeuze. Het bestaan van God kan niet wetenschappelijk bewezen worden, maar evenmin kan men ooit wetenschappelijk aantonen dat God niet bestaat. Wanneer men het onderwijs baseert op het uitgangspunt dat God niet bestaat, heeft men een keuze gemaakt die niet door feiten gestaafd kan worden. Dit kan men onmogelijk neutraal noemen. In die zin maakt men zich minstens zo schuldig aan ideologische indoctrinatie als „de confessionelen.” Met dit verschil, dat modernen het doen onder de bedrieglijke dekmantel van neutraliteit, terwijl christenen er openlijk voor uitkomen. Het is maar waar men de voorkeur aan geeft wanneer men kinderen waarden en normen bij wil brengen!
Drs. O. M. van der Tang, ondernemer in de ict-sector en gemeenteraadslid