Slob is blij met de „gevonden balans” in de afspraken voor goede, betaalbare en toegankelijke zorg. „We moeten de kosten beheersen en zeker de zorg in de buurt moet bereikbaar zijn.” Ook is hij tevreden met waarborgen die ervoor zorgen dat ook kleine zorginstellingen kunnen blijven bestaan. „Ik wil niet alleen naar de grote supermarkt kunnen, ik wil ook naar de buurtsuper kunnen gaan”, stelde hij eerder.

Van der Staaij vindt dat de afspraken veel kou uit de lucht halen, omdat „de wijziging van artikel 13 in de zorgverzekeringswet geen betrekking heeft op de zorg dicht bij de mensen, zoals bijvoorbeeld huisartsen, kraamzorg en andere vormen van eerstelijnszorg, juist daar speelt de vertrouwensband”.

Arno Rutte (VVD) wijst erop dat door de afspraken de kwaliteit van de zorg omhooggaat, maar de kosten niet. „De verzekerde kan straks zelf een goede afweging maken tussen kwaliteit, prijs en keuzevrijheid.” Lea Bouwmeester (PvdA): „De verzekeraars worden wettelijk verplicht ervoor te zorgen dat er voldoende goede zorg te kiezen overblijft. Hierdoor weet de patiënt bij het afsluiten van zijn zorgverzekering precies waar hij aan toe is. Door de zorgtoeslag blijft een breed aanbod van goede zorg voor iedereen toegankelijk en betaalbaar.”

Linda Voortman (GroenLinks) laakt de plannen. „Hier wordt de macht van verzekeraars uitgebreid ten koste van de keuzevrijheid van premiebetalers. Hoe armer je bent, hoe minder keuzevrijheid.” Zij wil een hoorzitting. „Het kabinet beweert dat hiermee 1 miljard wordt bespaard, maar elke onderbouwing ontbreekt. Dit soort ingrijpende beslissingen kun je niet nemen zonder alle feiten te kennen.” Reinette Klever (PVV) twittert: „Alleen als je geld hebt kun je je eigen arts nog kiezen. Met dank aan VVD, PvdA, D66, CU en SGP.”