Mitch Daniels, voorzitter van de onderzoekers, zei woensdag tegen Amerikaanse media: „Als er niet fundamenteel iets verandert in de manier waarop we dit aanpakken, is het niet realistisch om te geloven dat we Mars kunnen bereiken.” De onderzoekers vinden dat er te weinig geld naar ruimtevaart gaat. Ook zou Amerika meer moeten samenwerken met andere landen.

De Verenigde Staten zijn een van de ruimtevaartgrootmachten. Het land zette in 1969 voor het eerst een mens op de maan. Sinds 1972 komen mensen niet verder dan de baan rond de aarde. President Bush junior besloot in 2004 dat Amerika weer naar de maan zou gaan. Dat zou rond 2020 moeten gebeuren, als opstapje naar een bemande Marsreis.

President Obama trok in 2010 echter de stekker uit het project. Hij wilde astronauten niet naar de maan, maar naar een asteroïde brengen, een veel moeilijker project. Dat was volgens hem een betere manier om op Mars uit te komen. „Ik geloof dat we halverwege de jaren 2030 mensen in een baan rond Mars kunnen brengen en ze veilig kunnen laten terugkeren. Een landing zal volgen. En ik verwacht dat ik het nog zal meemaken”, zei Obama destijds.

Probleem voor Obama is dat er nog geen capsule is ontwikkeld waarin mensen de oversteek kunnen maken. Ook is het nog niet duidelijk of mensen überhaupt zo lang gewichtloos kunnen zijn. Een reis naar Mars en terug, een afstand van zeker een miljard kilometer, duurt ongeveer 1,5 jaar. Ter vergelijking: de maanreis van Neil Armstrong in 1969 duurde van lancering tot terugkeer op aarde 8 dagen.