Gevangenenzorg Nederland biedt informatie over de kerker voor de kerken
Jan de Jong, vader van een doorsnee christelijk gezin, komt op een avond niet thuis. Hij is gearresteerd en wordt beschuldigd van ernstige mishandeling.
Met deze casus begint de brochure ”Kerk en kerker” van Gevangenenzorg Nederland.
Dick Alblas trad vorige maand terug als lid van de raad van toezicht en gaat zich bezighouden met het project ”Kerk en kerker”. Samen met directeur Hans Barendrecht vertelt hij over het onderbelichte thema van het project.
„We willen met de brochure graag een handreiking doen aan de achterban”, aldus Alblas. „Negentig procent van de mensen die bij ons aankloppen, heeft geen relatie met de kerk of het christendom. Maar zo’n 10 procent dus wel. We kwamen erachter dat detentie toch wel vaak voorkomt in onze achterban en dat er de nodige vragen over leven.”
Onder predikanten en kerkenraden heerst veel onwetendheid als het gaat om detentie van gemeenteleden, aldus Barendrecht. Toch komt het geregeld voor dat er ergens in een kerkelijke gemeente iemand ‘de bak in draait’.
„Voor predikanten is het bijvoorbeeld goed om te weten dat er na een aantal dagen altijd een bezoekregeling kan worden getroffen”, legt Barendrecht uit. „Die moet wel door de gevangene zelf aangevraagd worden. Je kunt voor een pastoraal bezoek dus niet zomaar naar de gevangenis gaan en verwachten binnengelaten te worden.”
Helderheid
De brochure ”Kerk en kerker” is ontstaan uit een onderzoeksrapport van Gevangenenzorg Nederland, dat is opgesteld in samenwerking met studenten van de Christelijke Hogeschool Ede (CHE).
De studenten deden onderzoek naar detentie binnen de kerk en kwamen tot de ontdekking dat 40 procent van de kerkelijke gemeenten binnen de achterban van Gevangenenzorg Nederland de afgelopen jaren te maken heeft gehad met de detentie van gemeenteleden.
„Er is dus behoefte aan informatie”, vertelt Barendrecht. „En aan handreikingen.” De komende tijd richt het project zich daarom met name op het geven van voorlichting aan kerkenraden.
Alblas: „Het is een belangrijke vraag hoe je als predikant om moet gaan met een gedetineerde en met zijn zaak. Moet je er iets over schrijven in de kerkbode, of juist niet? Helderheid bieden in overleg met de gevangene en de familie heeft een grote meerwaarde.”
Barendrecht: „De grootste valkuil voor een predikant of een kerkenraad is het niet benoemen van een zaak. Door geen positie te kiezen, kies je ook. Je kunt daarom beter het roddelcircuit voor zijn en met de juiste informatie op het juiste moment naar buiten treden.”
Zielzorg
In de brochure wordt uitgelegd hoe een strafprocedure verloopt en hoe een kerkelijke gemeente daarmee het beste kan omgaan. Thema’s als geheimhouding, ondersteuning aan de familie, communicatie, media-aandacht, de schuldvraag en de dader-slachtofferverhouding komen erin aan bod.
Pastoraat en diaconaat gericht op verzoening – dat is wat Gevangenenzorg voorstaat, legt Barendrecht uit. „Via diaconale bezoeken van getrainde vrijwilligers bereiken we honderden gevangenen. Je gaat niet peuren in de strafzaak, maar je laat je ook niet manipuleren. Het gaat om het herstel van wat gebroken is. Heel belangrijk is de zielzorg die een predikant kan verlenen.”
Herstel
Het geloof in herstel, in beterschap, is een belangrijke uitdaging voor een gemeente. Barendrecht: „Want wat doe je als iemands straf erop zit?”
Alblas: „Wat mij aanspreekt bij Gevangenenzorg Nederland is dat het handelt vanuit barmhartige gerechtigheid: iemand moet zijn straf uitzitten, maar verdient daarna ook het recht op een waardig bestaan. Of hij nu christen is of niet.”
Gevangenenzorg Nederland
Gevangenenzorg Nederland is een vrijwilligersorganisatie voor gevangenen, tbs-patiënten en hun familie. De organisatie begeleidt gedetineerden en hun familie „naar een hoopvolle toekomst.” Gevangenenzorg, opgericht in 1995, staat onder leiding van directeur-bestuurder Hans Barendrecht, met ondersteuning van een raad van toezicht. De non-profitorganisatie is afhankelijk van giften.