Wiebes: Verhoging brandstofaccijns blijft
De verhoging van de brandstofaccijns wordt niet teruggedraaid. Volgens de Volkskrant heeft staatssecretaris Eric Wiebes niet kunnen achterhalen of er door die verhoging in de grensstreek minder wordt getankt, waardoor de accijnsopbrengsten dalen.
Wiebes liet de Belastingdienst dit onderzoek doen. Die schakelde benzineproducenten in. Beide kunnen niet met zekerheid zeggen of de accijnsverhoging van begin dit jaar wel of niet grenseffecten heeft.
Dat staat volgens Haagse bronnen in een brief van Wiebes aan de Tweede Kamer die woensdag in de ministerraad wordt behandeld. De conclusies van de staatssecretaris staan haaks op de constateringen van de oppositie in de Kamer. Vooral het CDA heeft er op aangedrongen dat het kabinet onderzoekt wat de effecten zijn van de verhoging van de accijns op brandstof.
Wiebes erkent op basis van cijfers over de eerste 3 maanden dat er grenseffecten zijn, maar die vallen binnen een „meerjarige trend van teruglopende verkopen”. Uit de cijfers blijkt een dalende verkoop van alle brandstoffen in heel Nederland. Benzine, waar de accijns niet is verhoogd, daalt nog harder dan diesel. De dalende verkoop komt onder meer door een lagere consumptie, vooral als gevolg van de economische tegenwind van de afgelopen jaren. Bovendien zijn auto’s de afgelopen jaren steeds zuiniger geworden, aldus Wiebes.
Hij erkent dat pomphouders in de grensstreek het zwaar hebben. „De pomphouders zijn echt niet gek.” Maar het verband met de accijnsverhogingen is „niet zo groot”, aldus Wiebes. De belangrijkste terugloop doet zich voor bij benzine, waar de accijns juist niet is verhoogd. „Het terugdraaien van de accijnsverhoging gaat de pomphouders niet redden.”
Het kabinet heeft geen specifieke, extra maatregelen in petto om pomphouders te redden van een faillissement. Wiebes snapt dat dat een teleurstellende boodschap is voor de pomphouders. Het enige wat het kabinet kan doen, en nu ook doet volgens Wiebes is de overheidsfinanciën op orde brengen en daarmee werken aan een herstel van de economische groei.