Strafhof begint zijn eerste beroepszaak
DEN HAAG (ANP). Het Internationaal Strafhof (ICC), dat sinds 2002 in Den Haag zetelt, is maandag begonnen met de mondelinge behandeling van zijn eerste hoger beroep. Dat gebeurde in de zaak tegen de politicus Thomas Lubanga (53) uit de Democratische Republiek Congo. Die kwam in 2006 als eerste verdachte in handen van het hof.
In 2012 werd hij als eerste verdachte van oorlogsmisdaden veroordeeld door het ICC. Hij kreeg 14 jaar cel opgelegd wegens het ronselen en inzetten van kindsoldaten. Hoofdaanklaagster Fatou Bensouda wil dat Lubanga in hoger beroep een zwaardere straf krijgt. Lubanga houdt vol onschuldig te zijn.
In diplomatieke en academische kringen is kritiek op het Strafhof, omdat in bijna 12 jaar tijd nog geen enkele strafzaak tot een definitieve veroordeling heeft geleid. Ook worden de tot nu toe veroordeelde twee personen - Lubanga en zijn landgenoot Germain Katanga - van ondergeschikt belang gevonden. Het ICC is bedoeld voor de hoogst geplaatste verantwoordelijken van de zwaarste misdaden.
Het Strafhof heeft weliswaar arrestatiebevelen uitgevaardigd tegen vier (ex-)staatshoofden. Die hebben echter niet tot processen geleid: Kaddafi (Libië) werd gedood tijdens de burgeroorlog, Bashir (Sudan) is voortvluchtig, Gbagbo (Ivoorkust) zit vast in Scheveningen in afwachting van de bevestiging van de aanklacht en tegen Kenyatta (Kenia) krijgt Bensouda het bewijs niet rond.