Vijf vragen over het Europees Parlement
BRUSSEL (ANP). Tussen 22 en 25 mei kiest Europa een nieuw Europees Parlement. Hieronder vijf vragen over het EU-parlement (EP).
- Hoe ziet het EP eruit?
Het Europees Parlement telt na de verkiezingen 751 zetels. Deze worden naar omvang van het aantal inwoners per land verdeeld over de 28 EU-lidstaten. Nederland heeft 26 afgevaardigden. Alle Nederlandse partijen in het EP op de PVV na hebben zich aangesloten bij hun Europese gelijkgezinden. Om een fractie van gelijkgestemden te vormen in het EP zijn er minimaal 25 afgevaardigden uit 7 landen nodig. Het EP telt momenteel 7 fracties met de christendemocraten als grootste (274 leden), gevolgd door de sociaaldemocraten (194) en de liberalen (85).
- Wat is de positie van het EP ten opzichte van andere Europese instellingen?
De Europese Commissie, ook wel het dagelijks bestuur van de EU genoemd, komt met wetsvoorstellen. Deze moeten door de EU-lidstaten (de Europese Raad) en het EP worden goedgekeurd. Vaak vormt het EP een blok tegen de EU-lidstaten.
- Wat is de invloed van het EP op het dagelijks leven van Nederlanders?
Nieuwe regels en wetten moeten door het parlement worden bekrachtigd. Europarlementariërs onderhandelen met de lidstaten om voorgestelde regels aan te scherpen of juist af te zwakken. De besluiten hebben direct invloed op het dagelijks leven. Zo gaan roamingtarieven voor mobiel bellen in het buitenland omlaag, zijn er strengere eisen voor sigarettenverkoop en moet het verstrekken van gratis plastic tasjes in supermarkten aan banden.
- Wat kost het EP?
De begroting van het EU-parlement, dat zetelt in Straatsburg en Brussel, is ruim 1,7 miljard euro voor 2014. Van het bedrag worden niet alleen de salarissen van de Europarlementariërs en de ambtenaren betaald, maar ook de tolken en de huur en het onderhoud van de gebouwen. Het bijna maandelijkse verhuiscircus tussen Brussel en Straatsburg kost jaarlijks circa 200 miljoen euro. Het EP wil hiervan af, maar het zijn de EU-lidstaten die hierover moeten beslissen. Frankrijk is faliekant tegen de afschaffing van ‘Straatsburg’.
- Welk land stemt wanneer?
Nederland en Groot-Brittannië gaan als eerste lidstaten naar de stembus, op donderdag 22 mei. Ierland volgt een dag later. Vrijdag en zaterdag kan er ook in Tsjechië worden gekozen. Letten, Slowaken en Maltezen kunnen zaterdag hun keuze bepalen. Zaterdag gaan ook de eerste stembussen in Italië open, waar eveneens zondag gestemd wordt. Alleen zondag wordt er in de overige landen gestemd: Oostenrijk, België, Bulgarije, Kroatië, Cyprus, Denemarken, Estland, Finland, Frankrijk, Duitsland, Griekenland, Hongarije, Litouwen, Luxemburg, Polen, Portugal, Roemenië, Slovenië, Spanje en Zweden.