Kamperen in de natuur wordt steeds populairder
De circa 135 natuurcampings in Nederland waren in 2013 goed voor zo’n 500.000 overnachtingen. Een stijging van 12 procent ten opzichte van het jaar ervoor, toen er al een plus van 5 procent kon worden genoteerd.
In sommige provincies springt de toename nog meer in het oog. Zo is sinds 2008 het aantal gasten op de vier natuurkampeerterreinen die Utrecht rijk is met 60 procent gestegen. Maar ook elders is de opmars een feit: geen bingoavonden, karaoke en ”Opa van de week”-verkiezing – en al helemaal geen tropische zwemparadijzen of hallen met speelautomaten. In plaats daarvan kunnen de gasten er slootje springen, boompje klimmen en ravotten in het bos.
„Mensen kiezen bewust voor onze campings”, zegt Marieken Nieuwdorp, directeur van de Stichting Natuurkampeerterreinen. „Het gaat om rustzoekers, wandelaars, fietsers, maar vooral ook om jonge gezinnen. Het aantal bezoekers tot 44 jaar is relatief groot. Ze nemen bewust afstand van het dagelijkse gejakker. Ze willen dat ook aan hun kinderen meegeven. Die maken deel uit van die digitale wereld en zitten een groot deel van de dag achter de computer. Vandaar dat gezinnen even tot rust willen komen. Hutten bouwen en verstoppertje spelen. Genieten van het groen en de rust. De campings zijn bij uitstek geschikt voor een vader-zoonweekend. Belangrijk is wél dat je jezelf kunt vermaken.”
Duurzaamheid
De gestage groei heeft volgens Nieuwdorp ook een wat minder romantische reden. „De afgelopen jaren hebben we veel aan marketing gedaan. We hebben onze sterke kanten benadrukt en gewezen op het aspect duurzaamheid. Bovendien doen we er alles aan om de kwaliteit te verbeteren. Daarnaast organiseren we leuke activiteiten. Op een groot aantal campings is vorig jaar een nachtvlinderestafette gehouden. En we hebben ingespeeld op de activiteiten van ”Beleef de nacht”. Op onze campings is het ’s nachts nog echt donker. Hier kunnen de gasten genieten van de sterrenhemel.”
Beleving
Nieuwdorp denkt niet dat de economische crisis een reden is voor de stijgende populariteit van natuurcampings. „Natuurlijk is het goedkoper dan op een bungalowpark of vijfsterrencamping, maar ook bij ons betaal een echtpaar met caravan of tent algauw 20 euro per nacht. Het gaat vooral om de beleving. Onze campings hebben iets unieks: ruime plaatsen, natuur en privacy.” De directeur benadrukt dat vrijwel alle campings beschikken over modern sanitair. „Verwacht geen badkamers met bubbelbaden, maar er zijn bijna overal warme douches. De basisvoorzieningen zijn uitstekend.”
Geraas
Op de vaak kleine campings –variërend van een tot negentig staanplaatsen– zijn auto’s verboden. Het geraas van provinciale wegen blijft ver weg. Ook boerenerven waar trekkers rondrijden, voldoen niet aan de kwaliteitseisen.
Eigenaar Hennie Rietveld van het Kampeerbosje –tussen Leerdam en Leerbroek– is blij met alle aandacht. „Al moet het niet te vol worden. Het is niet de bedoeling dat de haringen van de tenten elkaar raken.”
Volgens de eigenaar zal dat ook niet zo’n vaart lopen. „Alles staat of valt met het weer.”
Rietveld biedt voor het elfde jaar onderdak aan kampeerders en heeft zijn terrein van 0,7 hectare naar eigen smaak ingericht: met sloten, slingerpaadjes, bruggetjes en kleine velden. Bij een overdekte buitenkeuken kan de vaat worden gedaan, het sanitair is in het hoofdgebouw. „Daar is ook een overdekte veranda voor als het regent. En hier is onze houtvoorraad, zodat gasten een vuurtje voor hun tent kunnen stoken.”
Op het terrein is geen ruimte voor caravans. Wel zijn er trekkershutten en een zogeheten pipowagen – een trekwagen genoemd naar de clown Pipo. In het hoofdgebouw staat ’s morgens het ontbijt klaar. Rietveld: „’t Is een fulltimebaan voor een half salaris. Maar door het plezier van de gasten, valt het werk niet zwaar.”
De familie Hovestad uit Den Bosch –man, vrouw, twee kinderen– is net gearriveerd. „We maken deze meivakantie een trektocht langs natuurcampings. We komen uit Werkendam, daar stonden we midden in de Biesbosch. Prachtig. Woensdagavond hebben we genoten van de zonsondergang en we hebben ook een lepelaar gezien.”
De prijs speelt voor de Brabanders geen rol. „Het gaat om de mooie plekjes en de rust. De aandacht voor zaken zoals milieu en duurzaamheid vinden we ook belangrijk.”
Hun kinderen missen het subtropisch zwembad niet. „Dat vinden we ook wel leuk, maar hier vermaken we ons ook opperbest. We zien elke keer wat anders; vanavond steken we een kampvuur aan.” Even later zijn de kinderen uit het zicht verdwenen. Ze maken een verkenningstocht over het kampeerterrein.
Dreigend
Vader Arjan is eveneens tevreden. „Er is hier een overdekt plekje voor als het regent”, lacht hij met een blik op het zwerk, waar donkere wolken zich dreigend samenpakken. „Dat kan straks nog van pas komen.”