Karabijn uit begin WO II opgegraven bij Leersum
LEERSUM. De 16-jarige Albert Veldhorst zag in de meidagen van 1940 dat een vluchtende Nederlandse militair zijn uitrusting, waaronder een karabijn, weggooide. Hij wilde niet dat de Duitse bezetter die spullen in handen zou krijgen en verstopte de spullen in het weiland bij de boerderij waar hij destijds woonde. Het beeld liet hem en zijn jongere broer, nu 83 jaar, nooit meer los.
Op de plaats van de boerderij zijn ondertussen bossen gegroeid. Daar is de jongere broer met hulp van een boswachter van Staatsbosbeheer gaan zoeken. Na 74 jaar hebben ze de Nederlands karabijn uit de Tweede Wereldoorlog opgegraven.
De zoektocht naar de karabijn ontrolde zich als een ouderwetse speurtocht met alleen het geheugen als schatkaart. Enkele weken geleden nam de nu 83-jarige Veldhorst contact op met Janneke Ordelmans, boswachter van Staatsbosbeheer en vertelde: „Aan het begin van de oorlog zag mijn broer Albert een op de vlucht geslagen Nederlandse soldaat voor de boerderij langs rennen. Zijn uitrusting gooide hij van zich af. Mijn broer Albert heeft het geweer mee naar huis genomen. Later heeft hij het begraven zodat de Duitsers het niet tegen ons konden gebruiken.”
Veldhorst wilde graag een laatste poging doen deze uitrusting terug te vinden. Zijn broer Albert, inmiddels bijna 90 jaar, kon nog ongeveer schetsen waar hij het geweer bijna 74 jaar geleden had verstopt voor de Duitse bezetter.
De familie is inmiddels verhuisd naar Zeeland. Toch kon Albert, die jaren niet meer in Leersum was geweest, nog precies omschrijven hoe het gebied er in de oorlogsjaren uitzag.
De jongere broer is daarop met de boswachter gaan zoeken naar de plek waar Albert dit geweer aan het begin van de oorlog had verstopt.
Wat in die tijd weiland was, is nu al jaren bosgebied. Toch konden ze aanknopingspunten vinden.
Nadat een oud ijzeren raster was teruggevonden, moesten er nog zeven stappen richting het zuiden worden gezet, zo had broer Albert verteld. Na wat speurwerk in de stromende regen met een metaaldetector werd het geweer teruggevonden.
Van de karabijn is niet veel meer over. Het hout is vergaan en het ijzer is volledig verroest. Alleen uit de vorm is nog af te leiden dat het in vroeger tijden een wapen is geweest. De beide broers kunnen het boek nu sluiten en zijn blij dat de Duitsers het geweer nooit hebben gevonden.
Staatsbosbeheer zal de restanten van het wapen aanbieden aan het Nationaal Bevrijdingsmuseum in Groesbeek, zo liet de organisatie maandag weten.