„Aanleg nieuwe Maasvlakte in fases”
De Tweede Maasvlakte, de voorgenomen uitbreiding van de Rotterdamse haven, moet in fases worden aangelegd. Dat vermindert de financiële risico’s. Met de aanleg moet worden gewacht totdat zich een grote klant aandient.
Dat stelde het Centraal Planbureau (CPB) woensdag in een analyse van de plannen van het havenbedrijf in Rotterdam. Volgens het planbureau is het nodig nu door te gaan met de voorbereidingen voor de Tweede Maasvlakte. De feitelijke aanleg kan dan snel beginnen, als zich een grote groei van de bedrijvigheid in de haven voordoet.
De ministerraad vergadert morgen over de Maasvlakte. Minister Peijs van Verkeer en Waterstaat verwacht dat ze toestemming krijgt om met Rotterdam te onderhandelen over de aanleg. Daarmee lijken belangrijke hobbels op weg naar de aanleg te zijn genomen.
Het CPB pleit voor een voorzichtige aanpak. Volgens het planbureau is aanleg in fases financieel voordeliger en maakt die een flexibeler invulling mogelijk. Het CPB is ook voor het verhogen van de haventarieven. Het havenbedrijf onderschrijft de conclusies, maar heeft moeite met het laatste punt.
Het Rotterdamse voorstel voor de Tweede Maasvlakte kost 2,3 miljard euro. In deze ”doorsteekvariant” is uitgegaan van 1000 hectare nieuw haventerrein. Rotterdam wilde meer, maar zag uiteindelijk af van een eigen haveningang vanaf zee. De Tweede Maasvlakte wordt bereikbaar gemaakt door een doorsteek in de huidige vlakte.
Het havenbedrijf is vrij positief over de economische groeikansen. Volgens een woordvoerder hebben zich al drie containeroverslagbedrijven gemeld voor nieuw land.
Het havenbedrijf heeft berekend dat met verhuur van land en havengelden veel van de investeringen worden terugverdiend, maar dat een ’onrendabele top’ van 550 miljoen euro overblijft. Zij vraagt daarom een bijdrage van het Rijk in de aanleg van de zeewering.
Het CPB vindt dat de maatschappelijke opbrengst van de Maasvlakte sterk afhangt van de ontwikkeling van de wereldeconomie en technische voortgang in de container-, chemie- en energiesector. Het planbureau stelt daarom dat Rotterdam eerst moet wachten op klanten.
Het havenbedrijf wil in 2006 beginnen met de gefaseerde aanleg om in 2010 de eerste bedrijfsterreinen te kunnen uitgeven.