De Britse minister van Volksgezondheid, John Reid, zei dat de man de bloedtransfusie in 1997 tijdens een operatie had gekregen. Zes jaar later overleed hij. Bij de donor die het bloed in 1997 had afgestaan, werd in 1999 de ziekte vastgesteld. Korte tijd daarop overleed hij, aldus de BBC.

Reid zei dat het niet mogelijk is een causaal verband te leggen tussen de bloedtransfusie en de dood van de ontvanger. Niet uit te sluiten is dat de ontvanger op een andere wijze is besmet. „Dit is een op zich staand incident, dus het is niet mogelijk zekerheid te krijgen over de manier van besmetting. De mogelijkheid dat de transfusie de oorzaak van de besmetting is kan echter niet worden uitgesloten.”

Tot dusver zijn in Groot-Brittannië 143 gevallen van de ziekte van Creutzfeldt-Jakob vastgesteld. Het aantal nieuwe gevallen daalt. Wie de ziekte krijgt, overlijdt meestal binnen negen maanden. Een behandeling is er niet.

Voor zover bekend hebben vijftien mensen bloed gekregen van donors die later ziek werden. Tot dusver had geen van de ontvangers de ziekte gekregen. Hoe groot het risico is dat iemand de ziekte krijgt door een bloedtransfusie is niet bekend, omdat de incubatieperiode erg lang kan zijn.