Van stratenmaker in Culemborg tot koffiehandelaar in Burundi
Kees den Hartog uit Culemborg was meer dan 35 jaar stratenmaker, nu is hij handelaar in koffie uit Burundi.
De koffiehandel van Kees den Hartog begon met een terloopse vraag aan een naar Nederland gevluchte Burundese oud-minister. „Heb je niets te bestraten in Burundi?”
Den Hartog heeft 35 jaar ervaring als stratenmaker, maar was vanwege een ontstoken knie thuis komen te zitten. Na een kerkdienst schoot hij oud-minister Innocent Nimpagaritse van Burundi aan, net als Den Hartog lid van de christelijke gereformeerde kerk van Culemborg. „Mijn vraag was schertsend bedoeld”, blikt Den Hartog in zijn huis in Culemborg terug. Maar Nimpagaritse ging er serieus op in en vroeg of hij les wilde gaan geven aan een vakopleiding in Burundi.
De oud-politicus is vanuit Nederland betrokken gebleven bij zijn vaderland. Via de stichting Tabarana zette hij in zijn vaderland een weeshuis op en werkte hij bovendien aan het starten van een vakopleiding, zodat de kinderen een toekomst kunnen opbouwen.
En daar kwam Den Hartog met zijn vraag. Die zou jongeren kunnen gaan opleiden tot stratenmaker – een beroep waarmee in Burundi nog een wereld is te winnen. Het land heeft ruim 12.000 kilometer aan wegen, waarvan 11.000 kilometer onverhard is.
Den Hartog pakte de suggestie serieus op en reisde naar het Afrikaanse land af om een plan op te stellen voor een opleiding. Hij voerde gesprekken bij een steen- en betonfabriek en bezocht scholen. Het gaf hem een aardig beeld van de situatie. Maar hij leerde nog iets. „Als je echt iets wilt betekenen voor het land, ga dan in de koffiesector”, zei de directeur van Heineken-Burundi tegen hem. Den Hartog knoopte het in zijn oren.
Te goedkoop
Wat is het probleem? Koffiebonen zijn een belangrijk exportproduct van Burundi, maar de prijs die de boeren ervoor krijgen, is uitermate laag. Een betere prijs zou de bevolking enorm helpen om hun leefomstandigheden te verbeteren. „Koffieboeren krijgen zo weinig betaald dat ze hun kinderen naar de stad sturen om extra geld bij elkaar te harken. Die slapen ’s nachts op straat. De enorme ellende in het land heeft me geraakt”, zegt Den Hartog.
De Culemborger besloot zich in de koffie te storten, waarmee het mes aan twee kanten zou snijden. De boeren in Burundi krijgen een faire prijs, terwijl een deel van de opbrengst ten goede kan komen aan de opleiding van weeskinderen in Burundi.
Terug in Nederland zette de Kamer van Koophandel hem op het spoor van Cornelis Heesbeen van Auxfin, een bedrijf dat zich inzet om arme bevolkingsgroepen toegang te geven tot betalingsverkeer. Den Hartog besprak zijn plannen met Heesbeen en zette met hem de handel daadwerkelijk op. In groothandel Langerak de Jong uit Zoetermeer vond hij nog een partner.
Een kilo koffie van Den Hartog kost 12,50 euro. „Dat is een reële prijs”, zegt Den Hartog. „Ik zie in winkels soms koffie liggen voor een prijs die eigenlijk niet mogelijk is. Dan kun je er zeker van zijn dat de boer er niet meer dan een grijpstuiver aan overhoudt.” Den Hartog laat de koffie in Nederland branden. Per pak verdient hij zelf 1 euro voor zijn levensonderhoud.
Wegenbouw
Het opzetten van de onderneming gaat de stratenmaker intussen niet in de koude kleren zitten. „Het heeft heel wat meer voeten in de aarde dan ik aanvankelijk dacht”, erkent hij. „Ik heb al m’n geld erin gestoken.”
Den Hartog biedt de koffie via internet en vanuit huis aan, maar hoopt dat de verkoop binnenkort een flinke impuls zal krijgen. Hij is van plan kerken langs te gaan en zoekt samenwerking met partijen als de Wereldwinkel. ZOA heeft bovendien aangegeven bij zijn plannen aan te haken. De stichting gaat de koffie aanprijzen bij haar donateurs en zal een deel van de opbrengst besteden aan de realisatie van een duurzame watervoorziening in Burundi.
Daarnaast zijn er contacten gelegd met Bouwend Nederland, de vereniging van bedrijven in de bouw en infrastructuur. Het grote doel van Den Hartog is nog altijd om een vakschool van de grond te tillen en te werken aan de infrastructurele ontwikkeling in Burundi. „Ik ben heel blij dat de voorzitter van Bouwend Nederland, Maxime Verhagen, wil toetreden tot het comité van aanbeveling”, zegt Den Hartog. Volgende week wordt de akte getekend voor zijn stichting Wegen voor Burundi.
De projecten staan inmiddels los van de stichting van de Burundese oud-minister Nimpagaritse. „Door de combinatie met de handel in koffie is mijn project buiten de kaders van de stichting geraakt”, licht de Culemborger toe. „Maar wellicht valt er nog eens samen te werken.”
Verandering
Wie Den Hartog jaren terug had gezegd dat hij nog eens koffie uit Afrika zou gaan verhandelen, was door hemzelf vol ongeloof aangekeken. „Ik had niet veel met Afrika”, zegt hij lachend. „Ik kan helemaal niet tegen warmte. Sinds ik er geweest ben, laat het me echter niet meer los. Ik ben besmet met het Afrikavirus.”
Het vak van stratenmaker is nooit Den Hartogs eerste keuze geweest, maar hij is erin gerold via het bedrijf van zijn vader. Toen die in 1980 bij een auto-ongeluk omkwam, nam hij diens zaak over.
Den Hartog vertelt dat de christelijke gereformeerde zendingsconsulent ds. G. Drayer hem eens zei dat hij misschien wel stratenmaker is geworden om nu wat voor Burundi te betekenen. „Dat vond ik ontzettend mooi gezegd”, maakt Den Hartog duidelijk. „Op zendingsavonden bij ons in de kerk dacht ik al wel: Zoiets zou ik ook nog weleens willen doen. Maar deze samenloop van omstandigheden had ik nooit kunnen bevroeden.”
Burundi
In de jaren negentig kostte een slepende burgeroorlog tussen Hutu’s en Tutsi’s in Burundi aam zeker 250.000 mensen het leven. Honderdduizenden inwoners sloegen op de vlucht. Onder internationale druk kwam het in 2003 tot een overeenkomst tussen de door Tutsi’s gedomineerde regering en de Huturebellen. In 2005 trad er een Huturegering aan.
Het Afrikaanse land moest na de oorlog uit een diep dal komen. De regering van president Pierre Nkurunziza, die in 2010 werd herkozen, heeft te kampen met veel politieke en economische uitdagingen. Burundi telt zo’n 10 miljoen inwoners.