Samen verder
De synodes van de Nederlandse Hervormde Kerk, de Gereformeerde Kerken en de Evangelisch-Lutherse Kerk hebben gistermiddag besloten tot de fusie van de drie kerken. Met de vorming van de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) is een eind gekomen aan het proces van Samen op Weg (SoW).Ruim veertig jaar lang hebben vertegenwoordigers van de verschillende kerken er over gedaan om te komen tot het fusiebesluit van gistermiddag. Startpunt was het initiatief in 1961 van ”de Achttien”, een groep hervormde en gereformeerde predikanten die vond dat de kerkelijke gescheidenheid niet langer geduld kon worden.
De voorstanders van het SoW-proces zeggen dat het verlangen naar eenheid tussen christenen hun drijfveer is. Dat verlangen is op zichzelf bijbels en gereformeerd. Ieder oprecht belijder van Zijn naam heeft de dure plicht eenheid te zoeken met alle anderen die Hem ootmoedig vrezen. En met besef van schuld zullen reformatorische christenen moeten erkennen dat dit verlangen naar eenheid onder ons vaak ver te zoeken is. De gescheidenheid wordt binnen veel kerken tamelijk gemakkelijk als een feitelijk gegeven geaccepteerd. In dat opzicht stelt het streven van de Achttien vragen aan andere kerken.
Tegenstanders van de vereniging van de drie kerken zeggen dat met het SoW-proces niet de eenheid wordt bereikt waar de Schift over spreekt. De ruimte binnen de PKN voor allerlei wind van leer is voor liefhebbers van de schriftuurlijke waarheid het hoofdbezwaar tegen de fusie. Hun grote zorg is dat in de nieuw gevormde kerk verdedigers van onbijbelse opvattingen niet meer op de gereformeerde belijdenis aanspreekbaar zijn.
Als gevolg van de fusie vallen er met name binnen het orthodox-gereformeerde deel van de Nederlandse Hervormde Kerk breuken. Niemand binnen deze denominatie is voorstander van de fusie. Maar de keus die wordt gemaakt na het fusiebesluit is verschillend. Een deel volgt de lijn van het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond, dat zegt: „Ondanks grote bezwaren tegen de nieuwe kerkorde kunnen we niet weg.” Met pijn in het hart neemt deze groep haar plaats in binnen de PKN.
Een andere groep, verenigd binnen het ”Comité” of rond het blad ”Het Gekrookte Riet”, zegt in haar geweten niet mee te kunnen gaan naar de PKN. Die stap ervaren deze bezwaarden als het verkwanselen van de gereformeerde belijdenis.
Triest is dat met name zij die oprecht trouw willen zijn aan Schrift en belijdenis door deze fusie gescheiden dreigen te worden. Hervormd-gereformeerden die voorheen in principieel opzicht één lijn trokken en elkaar geestelijk verstonden, zitten straks wellicht onder een verschillend kerkelijk dak. Die scheiding trekt diepe sporen in plaatselijke gemeenten, in vriendenkringen en in families. Het SoW-proces wil eenheid brengen, maar zorgt voor nieuwe scheidsmuren.
De breuk die lijkt te worden geslagen onder gereformeerde belijders is diep en schijnt -naar de mens gesproken- nauwelijks te helen. En toch beseft ieder dat deze nieuwe verdeeldheid zondig is, evenals de gescheidenheid die al jaren binnen de gereformeerde gezindte bestaat.
Calvijn schrijft dat zo vaak Christus spreekt over eenheid wij moeten bedenken „hoe gruwelijk en vreselijk” de verdeeldheid buiten Hem in de wereld is. Dat heeft alle reformatorische christenen iets te zeggen, tot welk kerkverband ze dan ook horen. Als het goed is, zijn ze allen diep geraakt door de besluiten van gisteren.
De gemeenschappelijke, levende band met de Koning van de Kerk maakt dat broeders van verschillend kerkelijk huis weliswaar niet Samen op Weg zijn, maar wel samen verder kunnen. Op weg naar een Kerk, straks, die geen metersdikke binnenmuren meer heeft en waar volkomen eenheid is.