Het onderzoeksplatform Connecting Churches and Cultures (CCC) van de Protestantse Theologische Universiteit in Groningen deed daarom onderzoek naar deze groep. Dr. Marten van der Meulen was hoofdonderzoeker van het project en kreeg respons van 66 gemeenten in Noordoost-Nederland. Ook werden de statistische gegevens van alle gemeenten in deze regio gebruikt. Uit het onderzoek blijkt dat er een tweede secularisatiegolf aankomt in de Protestantse Kerk.

Tot welke conclusies bent u nog meer gekomen?

„Vaak wordt de oorzaak van geringe betrokkenheid vooral bij de generatie van twintigers en dertigers zelf gezocht. Wij denken dat het probleem ook te maken heeft met de aanwezigheid van veel 60-plussers. Het gaat om een wisselwerking tussen generaties. Een andere belangrijke conclusie is dat twintigers en dertigers liever projectmatig bezig zijn dan dat zij zich voor onbepaalde tijd aan een instituut verbinden. Ook is een persoonlijke benadering in de kerk voor hen van groot belang.”

Hoe verklaart u de afwezigheid van twintigers en dertigers in de kerk?

„Als je ervan uitgaat dat de 60-plussers, de babyboomers, de ouders zijn van de midden­generatie, zou je een berg aan twintigers en dertigers verwachten in de kerk. Het is niet juist om te concluderen dat de geloofsopvoeding mislukt is. Je ziet wel dat de religiecrisis van de jaren zestig doorwerkt tot in het derde en het vierde geslacht.

Lokaal kunnen er overigens grote verschillen zijn. In een stad als Groningen –waar veel studenten wonen– zie je juist een oververtegenwoordiging. Deze groep kiest er heel bewust voor zich in te zetten voor de kerk. Zij beïnvloeden op verschillende plaatsen dus mede het beleid.”

Volgens Van der Meulen, zelf lid van de Protestantse Kerk, liggen er wel degelijk kansen om de middengeneratie aan de kerk te binden. „Het gaat erom dat ouderen in hen willen investeren. Zij hebben de middelen om projecten op te zetten en de wijsheid om het kerk-zijn over te dragen.”

Gelden uw conclusies voor heel kerkelijk Nederland en voor alle stromingen in de PKN?

„Ik denk dat veel kerken zich in het onderzoek zullen herkennen. Verder hebben we de demografische gegevens van de hele Protestantse Kerk vergeleken met onze onderszoeksgroep, en daaruit bleek dat er weinig verschil is met het landelijk beeld. Of er ook verschil is tussen de stromingen in de PKN durf ik niet te zeggen. Je zou kunnen aannemen dat de situatie verschilt per richting, maar daar hebben wij geen onder­zoek naar gedaan.”