Geen positief milieueffect door subsidie windenergie
Subsidies voor duurzame energie zoals wind- en zonne-energie verminderen de CO2-uitstoot niet zolang er ook een systeem voor emissiehandel bestaat, betoogt prof. dr. Machiel Mulder.
Het aandeel duurzame energie groeit, met als voornaamste doel de CO2-emissies verlagen vanwege de klimaatproblematiek. Overheden stimuleren duurzame energie onder andere door subsidies te geven. Het bekendste voorbeeld is waarschijnlijk de subsidie op zonne-energie in Duitsland, waarbij producenten een gegarandeerde vergoeding ontvangen voor geleverde zonnestroom.
Verstoring
Op het eerste gezicht lijkt het milieu de grote winnaar van deze investeringen in duurzame energie. Het tegendeel blijkt het geval. De Europese Unie heeft namelijk het Europees Systeem van Emissiehandel (ETS) opgezet om de CO2-uitstoot te beperken: er is een beperkt aantal CO2-rechten beschikbaar, vervuilende bedrijven moeten rechten bijkopen op de markt, terwijl bedrijven die weinig uitstoten hun overgebleven emissierechten kunnen verkopen.
Energiebedrijven investeren nu met subsidie in zonne-energie, en verkopen vervolgens hun emissiecertificaten, waardoor de prijs van CO2 laag blijft. Voor vervuilende bedrijven is het daardoor spotgoedkoop om extra certificaten bij te kopen. Netto heeft het subsidiëren van groene energie daarom geen resultaat op de CO2-emissies.
De subsidies op duurzame energie leiden echter tot ernstige verstoring van de energiemarkt, omdat de prikkel voor energiebedrijven om in te spelen op de energievraag wegvalt. De prijs van een eenheid zonne- of windstroom kan zelfs tot nul dalen, omdat de kosten voor de molen of panelen al gemaakt zijn. De productie zelf kost vrijwel niets. Maar energiebedrijven ontvangen wel een gegarandeerde vergoeding en blijven daardoor investeren in duurzame energie. Het is voor hen gratis winst.
Dat leidt tot overcapaciteit en grote prijsverschillen tussen bijvoorbeeld Nederland en Duitsland, waar aluminiumfabrikant Aldel last van had. Je helpt met deze subsidies de Europese elektriciteitsmarkt om zeep.
Leveringszekerheid
Tegelijkertijd brengt de eenzijdige focus op duurzame energie ook de leveringszekerheid in gevaar. Doordat de stroomprijzen heel laag zijn, zullen energiebedrijven niet meer investeren in gas- of kolencentrales. En die centrales zijn wel nodig om een goede leveringszekerheid te waarborgen. Het aanbod van wind- en zonnestroom fluctueert immers sterk en is nauwelijks stuurbaar. Als niet waait of als de zon niet schijnt, zijn centrales nodig om in de vraag te voorzien.
Dit betekent echter niet dat overheden niets kunnen doen om CO2-emmissies te beperken. CO2-uitstoot is een mondiaal probleem. Het grootste effect bereik je dan ook door investeringen te doen die goed zijn voor het milieu en waarvan de hele wereld kan meeprofiteren. Fundamenteel onderzoek naar energiebesparing, zoals schonere auto’s, betere cv-ketels en nieuwe isolatietechnieken bijvoorbeeld. Of onderzoek naar efficiëntere omzettingtechnieken van motoren en energiecentrales.
Als zulke kennis openlijk beschikbaar komt, heeft iedereen in de wereld daar profijt van en doe je echt iets aan de beperking van de wereldwijde CO2-uitstoot.
De auteur is bijzonder hoogleraar regulering van energiemarkten aan de Rijksuniversiteit Groningen. Dit artikel is een bewerking van de oratie die hij dinsdag hield.