Stemmen ronselen is zeldzaam voorval
RIJSWIJK (ANP). Het ronselen van stemmen voor gemeenteraadsverkiezingen komt in Nederland niet veel voor. De rechter kwam er slechts een aantal keren aan te pas bij de verkiezingen de afgelopen jaren.
In 2002 werd het ChristenUnie-raadslid Jan den Butter in Oudewater schuldig bevonden aan het ronselen van stemmen voor de verkiezingen van 6 maart dat jaar. De kantonrechter in Utrecht gaf hem een boete van 450 euro. Den Butter ging bij mensen langs, hield een onschuldig praatje over de verkiezingen en bood vervolgens aan namens de betrokkene een stem bij volmacht uit te brengen. De blanco machtigingen deelde hij vervolgens uit onder vrienden en familie. De lijsttrekker hield tot de rechter vol dat hij vond niets verkeerds te hebben gedaan.
De rechter in Roermond deelde in 2006 een boete van 1000 euro uit aan het gemeenteraadslid Selcuk Altun uit Weert wegens ronselen voor de gemeenteraadsverkiezingen. Hij had 30 volmachten losgeweekt, die hij onder zijn familieleden wilde uitdelen. De burgemeester kreeg er lucht van en deed aangifte. Altun werd toch gekozen en nam in de raad van Weert zitting namens de VVD.
Hetzelfde jaar moest een 74-jarige inwoner van Maasdriel van de rechter in Arnhem 300 euro boete betalen omdat hij liefst 400 volmachten had geronseld. Hij wilde er een familielid mee aan een raadszetel voor de VVD helpen. Dat lukte, maar de betrokken Hans de Groot haakte af toen de burgemeester het ronselen van stemmen publiekelijk aan de kaak stelde. Daarop werd de 74-jarige man aangehouden.
Eveneens in 2006 deed de burgemeester van Arnhem aangifte tegen de Centrum Democraten (CD). Deze partij zou in de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen dak- en thuislozen hebben omgekocht - met 10 euro per persoon - om zogenoemde ondersteuningsverklaringen te verkrijgen. Daarmee verwierf de CD het recht aan de verkiezingen deel te nemen. Hoewel de wet dit soort omkoping strafbaar stelt, is het tegelijkertijd niet mogelijk om die reden een hele kandidatenlijst ongeldig te verklaren. Het gevolg was dat de Centrum Democraten gewoon aan de verkiezingen konden meedoen.