De 11-jarige Dzjamal Gamidov werd in 2000 ontvoerd. Zijn ontvoerders eisten van zijn familie 1 miljoen dollar voor zijn vrijlating, aldus de minister van binnenlandse zaken Adilgerej Magomedtagirov van Dagestan. In de deelrepubliek die grenst aan Tsjetsjenië is de laatste jaren een de lucratieve ”ontvoeringsindustrie” opgekomen. De vader van Dzjamal, Gamid Gamidov, was minister van Economische Zaken van Dagestan. Hij kwam in 1997 bij een bomaanslag op zijn ministerie om het leven.

De politie ontdekte de jongen woensdag bij toeval toen zij op zoek was naar de moordenaar van een politieagent bij het stadje Chasavjoert, aldus Magomedtagirov. De ontvoerders, die dachten dat de politie naar hen op zoek was, hadden de jongen in een auto gezet en waren er bij het naderen van de agenten met hoge snelheid vandoor gegaan. Toen bleek dat de politie hen zou inhalen, gooiden zij de jongen uit de auto. De politie wist hen toch nog aan te houden.

Gamidov, die na jaren van gevangenschap ernstig vermagerd was, werd opgenomen in een ziekenhuis. Volgens het Russische persbureau Interfax was zijn toestand stabiel.

Magomedtagirov zei dat onder de mannen die woensdag in verband met de ontvoering van de jongen werden gearresteerd ook Imamoetdin Temirboelatov was, het hoofd van de regionale politieafdeling voor de bestrijding van ontvoeringen. Temirboelatov is in Dagestan erg populair omdat hij zo veel ontvoerde mensen weet te bevrijden.